Handleiding: Netwerkinstellingen en voorkeuren aanpassen (Wi-Fi)
Wi-Fi is veruit de eenvoudigste manier om je Mac te verbinden met een netwerk en het internet. De Mac maakt automatisch verbinding met Wi-Fi-netwerken waar het apparaat eerder verbinding mee heeft gehad. Wil je dit voorkomen? Dan kan je dit wijzigen in de Wi-Fi-instellingen. In dit artikel lees je hoe je de instellingen en voorkeuren van Wi-Fi op je Mac kunt veranderen.
Wi-Fi in- en uitschakelen
Door de Wi-Fi-module in je Mac in zijn geheel uit te schakelen weet je zeker dat je Mac ook daadwerkelijk geen verbinding maakt met Wi-Fi-netwerken. Dit kan bijvoorbeeld handig zijn als je zeker wilt stellen dat je Mac niet met internet is verbonden.
Wil jij de Wi-Fi-module in je Mac uitschakelen? Klik dan op het Wi-Fi-icoon in de menubalk aan de bovenzijde van je scherm. Je vind het dit icoon aan de rechterzijde van de balk. Je krijgt nu een menu met opties te zien. Klik op de optie Schakel Wi-Fi uit om de Wi-Fi-module in zijn geheel uit te schakelen.
Klik op het Wi-Fi-icoon in de menubalk en kies de optie 'Schakel Wi-Fi uit'
Wil je de Wi-Fi-module weer inschakelen? Herhaal dan het bovenstaande proces en kies de optie Schakel Wi-Fi in om de module weer aan te zetten.
Welk Wi-Fi-netwerk heeft jouw voorkeur?
Je Mac maakt automatisch verbinding met Wi-Fi-netwerken waarmee het apparaat eerder verbonden is geweest. Zijn meerdere 'vertrouwde' Wi-Fi-netwerken beschikbaar? Dan probeert de Mac te bepalen welk netwerk jouw voorkeur heeft. Het is echter ook mogelijk zelf voorkeursnetwerken op te geven, waardoor je Mac altijd eerst probeert met dit Wi-Fi-netwerk verbinding te maken.
Geef aan met welk Wi-Fi-netwerk je het liefst verbonden wilt zijn
De voorkeursnetwerken zijn beschikbaar in de instellingen van Wi-Fi. Klik hiervoor op het Wi-Fi-logo in de menubalk van je Mac en kies de optie Open netwerkvoorkeuren. De netwerkvoorkeuren worden in een nieuw venster geopend. Selecteer in de linkerzijbalk van dit venster het tabblad Wi-Fi. Klik aan de onderzijde van het scherm op de knop Geavanceerd om geavanceerde netwerkinstellingen te bekijken.
Selecteer nu het tabblad Wi-Fi. Onder het kopje Voorkeursnetwerken krijg je een overzicht te zien van de netwerken die je Mac heeft onthouden. Je Mac probeert als eerst verbinding te maken met het netwerk dat bovenaan in de lijst staat. Lukt dit niet? Dan probeert je Mac alle overige Wi-Fi-netwerken op de lijst in een poging alsnog verbinding te krijgen.
Je Mac hanteert dus de volgorde in de lijst met voorkeursnetwerken om te bepalen met welk netwerk jij het liefst verbonden wilt zien. Je kunt de volgorde wijzigen door een netwerk simpelweg naar een andere positie te slepen. Sleep een netwerk naar de bovenzijde van een lijst om deze als eerste keuze in te stellen.
Zie je een netwerk in de lijst staan waar je juist geen verbinding mee wilt leggen? Dan kan je je Mac dit Wi-Fi-netwerk eenvoudig 'laten vergeten' door het netwerk te selecteren en op de - te klikken. Je Mac zal hierdoor nooit automatisch met dit netwerk verbinding maken.
Wi-Fi-instellingen beveiligen met een wachtwoord
Standaard kan iedereen die toegang heeft tot je Mac de Wi-Fi-instellingen en -voorkeuren veranderen. Wil je dit voorkomen? Dan is het mogelijk je Mac om het beheerderswachtwoord te laten vragen voordat netwerkinstellingen en -voorkeuren kunnen worden gewijzigd.
Ook deze optie is beschikbaar in de geavanceerde netwerkinstellingen. Klik daarom opnieuw op het Wi-Fi-logo in de menubalk en kies de optie Open netwerkvoorkeuren. Selecteer vervolgens in de linkerzijbalk het tabblad Wi-Fi en klik op de knopGeavanceerd. Selecteer nu opnieuw het tabblad Wi-Fi. Onder het overzicht met voorkeursnetwerken vind je de tekst Beheerderswachtwoord vereist om:. Je kunt hier de opties Computer-naar-computer-netwerken aan te maken, Ander netwerk te kiezen en Wi-Fi in of uit te schakelen aan- of juist uitvinken. Kies zelf voor welke actie je Mac om een beheerderswachtwoord moet vragen en vink deze opties aan.
Beveilig de netwerkvoorkeuren met een wachtwoord
Verschillende instellingen voor verschillende locaties
Heb je een MacBook? Dan is de kans groot dat je regelmatig op verschillende locaties op de machine werkt. Niet iedere locatie vraagt echter om dezelfde instellingen. Zo is het verstandig je machine extra te beveiligen als je deze in openbare ruimtes gebruikt. Dit kan bijvoorbeeld door je Mac een beheerderswachtwoord te laten vragen voordat de Wi-Fi-module kan worden uitgeschakeld of het Wi-Fi-netwerk waarmee de machine is verbonden kan worden veranderd. Thuis kan het continu moeten invoeren van een wachtwoord echter flink vervelend zijn.
OS X biedt je gelukkig de mogelijkheid instellingen voor verschillende locaties aan te maken. Open hiervoor eerste de netwerkvoorkeuren op je Mac door in de menubalk op het Wi-Fi-icoon te klikken. Kies vervolgens de optie Open netwerkvoorkeuren en selecteer het tabblad Wi-Fi. Boven in het venster vind je de tekst Locatie:. Hier is standaard de optie Automatisch geselecteerd. Open dit menu en klik op de optie Wijzig locaties om een nieuwe locatie toe te voegen.
Stel voor verschillende locaties verschillende netwerkvoorkeuren en -instellingen in
Klik vervolgens op de + die in beeld is verschenen om een nieuwe locatie toe te voegen. Kies een naam en druk op de Enter-knop om je keuze te bevestigen. Klik op Gereed om de locaties weer af te sluiten. Je kunt nu voortaan via het menu achter de tekst Locaties: de locatie selecteren waarop je op dat moment aan het werk bent. De instellingen en voorkeuren die je opgeeft terwijl je een locatie hebt geselecteerd blijven bewaard. Door verschillende locaties te selecteren kan je dus razendsnel verschillende netwerkinstellingen en -voorkeuren laden.