ID.nl logo
iPhone X - Prachtig scherm met zonnebril
© PXimport
Huis

iPhone X - Prachtig scherm met zonnebril

Vorige week plofte hij bij me op de deurmat: de iPhone X. Nou ja, plofte: hij werd me in de handen gedrukt. En dat is maar beter ook, want het blijkt dat van alle iPhones tot nu toe de X het snelste kapot gaat bij vallen. Ik heb er een paar dagen flink mee gestoeid en heb inmiddels een goed beeld kunnen vormen van het toestel.

Dat het een duur toestel is, hoef ik je niet te vertellen. De grote vraag is natuurlijk wat je daar precies voor terugkrijgt en of dit toestel je het Apple-gevoel teruggeeft dat de afgelopen jaren een beetje is weggezakt.

Design

Ik heb het er vorige week al even over gehad: het design van de iPhone is fantastisch. Het toestel voelt superluxe, de randen glanzen prachtig en de glazen voor- en achterkant maken het allemaal extra luxe. Interessant is de TrueDepth-camera aan de voorkant, die zorgt voor een uitsparing in het display. Ik gaf in de hands-on al aan dat ik dat een prachtig ontwerp vond en dat mijn vrouw het superlelijk vond. Interessant genoeg blijkt vrijwel elke man die ik deze week mijn iPhone heb laten zien die uitsparing mooi te vinden, terwijl vrouwen het in de regel niets vinden. Geen idee wat dat betekent, maar het is wél een interessant smaakverschil.

©PXimport

In combinatie met de prijs van het toestel zorgt het design wel voor een voortdurende angst. Ik kan me niet herinneren dat ik ooit zó bang ben geweest om mijn iPhone te laten vallen. Mijn kinderen vragen voortdurend of ze even op mijn iPhone mogen en het antwoord is steevast ‘Nee’. De iPhone 7 Plus was natuurlijk ook al niet heel goedkoop, maar die gaf ik (zonder hoesje én zonder angst) probleemloos aan mijn kinderen. De enige die hem ooit heeft laten vallen was ik zelf. Het uiterlijk is zó fraai dat het je voortdurend herinnert aan het feit dat je een peperduur toestel in je handen hebt. Betekent dat dat het design te luxe is? Integendeel, het betekent simpelweg dat je aan alles voelt dat dit toestel te duur is. Tel daarbij op dat uit tests blijkt dat je iPhone na één keer stuiteren waarschijnlijk niet meer te gebruiken is (het scherm werkt dan niet meer) én dat het bijna 600 euro kost om te repareren en je begrijpt dat je een toestel hebt dat je bijna niet eens uit je zakt durft te halen. Ik heb daar nooit last van gehad, maar behandel dit toestel al een week als de prinses op de erwt.

©PXimport

Display

De iPhone X is de eerste iPhone die wordt geleverd met een OLED-display. Van het idee werd ik razend enthousiast, want de displays van de Galaxy-toestellen maakten me altijd nogal jaloers. In alle eerlijkheid: dat doen ze nog steeds. Het display van de iPhone X is mooi (zéker omdat het van rand tot rand is) en superhelder, maar verder niet heel spectaculair . Ik moet eerlijk zijn: Samsung misbruikt contrast in het kwadraat en de displays zijn superhelder, waardoor het beeld van het scherm spat, maar erg realistisch zijn ze vaak niet. Apple geeft enorm veel om kleurechtheid en het zou kunnen dat het display daarom ietwat tegenvalt. Dat gezegd hebbende: waar Apple van houdt, daar lig ik niet zo wakker van. Het is mijn telefoon en mijn verwachting en ik denk dat veel meer mensen hier tegenaan zullen lopen. In dat opzicht lijkt Apple een beetje vergeten dat wij niet allemaal designers zijn die vinden dat kleurechtheid heilig is. Kortom: ik ben nog steeds een beetje jaloers op het display van de Galaxy S8, zelfs al is het display van Apple misschien realistischer.

Thuisknop

Alles went, zo óók een ontbrekende Thuisknop. Toen ik het toestel net in handen had, ergerde ik me enorm aan het ontbreken van die knop en kon ik niet met de interface uit de voeten. Dat stoorde me enorm – en eigenlijk nóg – omdat Apple voor mij gelijkstaat aan een fijne intuïtieve interface. Na bijna een week ben ik aan de interface gewend. Gewend (want ik probeerde op de iPhone 7 Plus van mijn vrouw omhoog te vegen om haar toestel te ontgrendelen), maar intuïtief vind ik het echter nog steeds niet. Ik vind het nog steeds belachelijk dat je twee keer op je standby-knop moet drukken om de download van een appje te bevestigen.

Trouwens ... dat ding is dus stiekem helemaal geen standby-knop meer. Als je hem ingedrukt houdt, komt Siri je begroeten, maar je iPhone X start er niet opnieuw door op. Daarvoor moet je die knop in combinatie met de volume omhoog-knop indrukken (en sorry, dat vind ik beláchelijk). Zo zijn er meer kleine nadelige dingen: het stoort me dat ik niet kan weergeven hoeveel procent batterij ik nog heb (past niet in de interface) en is het sluiten van appjes echt ongelooflijk omslachtig. Hoewel ik na een week aan de interface gewend ben, kan ik maar één conclusie trekken: het weglaten van de Thuisknop is een noodgreep en Apple heeft dat niet goed opgelost. Over weglaten gesproken: de koptelefoonpoort ontbreekt nog altijd. En nog altijd zijn daar geen goede argumenten voor te vinden.

©PXimport

Face ID

Die Thuisknop is verdwenen omdat Apple graag een display wilde van rand tot rand. Dat betekent dat Touch ID, waar Apple de afgelopen jaren flink in geïnvesteerd heeft, plotseling van tafel moest worden geveegd. Face ID komt daarvoor in de plaats en eerlijk is eerlijk: de technologie werkt uitstekend. Met bril, zonder bril, mijn toestel herkent me zonder problemen … bij voldoende licht. Wel stoort het me dat ik goed recht in de camera moet kijken, terwijl het bij Touch ID voldoende was om mijn toestel vast te houden. En als je ’s nachts in bed even je iPhone wilt ontgrendelen, dan hoef je geen hulp van Face ID te verwachten (terwijl dat theoretisch wel zou moeten lukken, dankzij de infraroodsensor). Ergens wel begrijpelijk, maar een stap terug, want Touch ID werkte wél gewoon in het donker. En dan ga je je toch afvragen: hoe kan het dat ik méér betaal, maar functionaliteit moet inleveren.

Toen ik mijn iPhone X net had, dacht ik dat hij niet goed functioneerde. Wanneer ik notificaties ontving, stond er alleen melding; de inhoud werd niet getoond. Dit bleek dus een extraatje te zijn van Face ID: pas als je iPhone ziet dat jij je telefoon in handen hebt, wordt de inhoud van deze notificaties getoond. Tof idee, maar ook hier geldt: heb je weinig licht, dan zie je dus alleen melding staan. In de praktijk stoor ik me er dus meer aan dan dat het me helpt (uiteraard kun je het uitschakelen).

©PXimport

TrueDepth-camera

Die TrueDepth-camera heeft natuurlijk meer in z’n mars dan alleen maar Face ID. Het is in de basis dezelfde 7-megapixelcamera als in de vorige serie iPhones, met een aantal extra functionaliteiten. Die functionaliteiten zorgen bijvoorbeeld voor de mogelijkheid om Animoji’s te animeren en foto’s te nemen in Portrait Lighting-modus. Die Animoji’s, waarover ik vorige week al schreef in de hands-on, zijn hilarisch. Maar wat ik al vreesde bleek al snel waarheid: er is niemand die me zo’n geanimeerde emoticon kan terugsturen, want ik ben de enige idioot in mijn omgeving met een smartphone van 1329 euro, dus de lol is er snel vanaf. Héél snel. Door de TrueDepth-camera zouden ook de filters van Snapchat beter moeten werken, maar daar merk ik nog weinig van: de maskers wiebelen nog net zo over mijn hoofd als ik die in vreemde hoeken draai. Wellicht is dat een kwestie van tijd en moet Snapchat de app nog optimaliseren.

©PXimport

Portrait Lighting vind ik in alle eerlijkheid een aanfluiting. Ik ben groot fan van de Portretmodus die werd geïntroduceerd bij de iPhone 7 Plus. Die modus maakt fenomenale foto’s waardoor ik regelmatig de vraag krijg: 'Schiet je die gewoon met je smartphone?' Dezelfde verwachting had ik voor de Portrait Lighting-modus, al wist ik door het testen van de iPhone 8 Plus al dat het weinig spectaculair was. Ik heb het dan vooral over de theatermodus, die ervoor zorgt dat de persoon op de voorgrond wordt geïsoleerd op een zwarte achtergrond. De iPhone 7 en 8 Plus hebben daar twee camera’s voor nodig, de iPhone X kan het dankzij de TrueDepth-camera met infrarood. Kunnen is echter een groot woord. Het ziet er gewoon niet uit – en dat wordt benadrukt omdat Portretmodus zo briljant is. Het ziet er letterlijk uit alsof iemand iets te hard heeft geknipt in Photoshop. Delen van het gezicht vallen weg terwijl delen achtergrond juist met een klein randje zichtbaar blijven, waardoor het er gewoon slordig geknipt uitziet. Wat natuurlijk wel gaaf is, is dat Portretmodus ook in de TrueDepth-camera zit. Het werkt nét iets minder goed dan de gewone camera, maar nog steeds goed genoeg om indruk te maken met je selfies.

©PXimport

Camera’s aan de achterkant

Interessant is dat Apple niet meer verwijst naar de camera’s aan de achterkant als iSight-camera’s, maar als ‘camera’s aan de achterkant’. Op z’n website (en in de presentatie) gaf Apple hoog op over de camera’s, die een grotere en snellere 12 MP-sensor zouden hebben, een nieuwe kleurenfilter en diepere pixels. Ik heb de camera uiteraard uitvoerig getest. Het belangrijkste verschil zit hem wat mij betreft in de optische beeldstabilisatie van de telelens. Als het buiten flink zonnig is en je foto’s neemt van een kleurrijke situatie, zul je verschil zien tussen de foto’s die je neemt met een iPhone X en een iPhone 7 Plus, maar niet schokkend veel. Het is in situaties met minder licht dat de X laat zien wat hij in z’n mars heeft. Zelfs bij erg weinig licht kun je nog goede foto’s schieten. Hier zie je wél duidelijk verschil met de 7 Plus – en die was ook al niet slecht.

©PXimport

Eerder in deze recensie heb ik al aangegeven hoe blij ik ben met de Portret-functie, en die is alleen nog maar beter geworden. Waarom? Door optische beeldstabilisatie dus. Wanneer je een portretfoto schiet, dan moet je je toestel uiteraard wel goed stilhouden voor een goed resultaat, waardoor het soms ook even duurt voor je je foto kunt schieten (en je eerder geneigd bent om voor de gewone modus te gaan). Omdat de telelens nu optische beeldstabilisatie heeft, is het nemen van goede foto’s in de portretmodus veel eenvoudiger en dat levert echt prachtige plaatjes op. Ik wás al verliefd op deze functie, maar nu wil ik ermee trouwen. Verder is het gewoon een fantastische camera, maar dat was het ook al in de iPhone 7 Plus en natuurlijk de 8 Plus.

©PXimport

AR

De iPhone X wordt door Apple gepresenteerd als het ultieme apparaat voor Augmented Reality, dankzij de dubbele camera en de A11 Bionic Chip. Ik ben geen programmeur en geen data-analist maar ik geloof absoluut dat, als je er diagnostische tests op loslaat, de iPhone X op het gebied van AR beter scoort dan de iPhone 7 en 8. Maar als consument merk je daar op dit moment niets van. Niet weinig: nee, niets! Welke AR-game of app ik ook installeerde, hij werkte net zo goed op mijn X als op mijn 7 Plus. Het kan natuurlijk zo zijn dat dat over een paar maanden anders is en dat de apps zo zwaar en geavanceerd worden dat de iPhone 7-serie dat niet meer trekt. Maar laten we eerlijk zijn: als dat een half jaar duurt (en dat duurt het zeker), dan zitten we al in mei / juni en staat het nieuwe toestel alweer voor de deur. Een iPhone X kopen voor AR? Het is dikke vette onzin.

Batterij

Apple geeft altijd netjes op hoe lang je doet met de batterij van je smartphone. Dat is allemaal leuk en aardig, maar je hebt niets aan die statistieken. Ja, als je tien uur achter elkaar actief bent op wifi, of veertien uur alleen maar aan het bellen bent. In werkelijkheid is dat niet hoe je een iPhone gebruikt. Je gebruikt immers álles door elkaar heen. Spelletjes, mail, internet, Netflix (waarbij video en internet dus worden gecombineerd) enzovoort. Dat verklaart dus ook waarom je iPhone veel sneller leeg is dan die tien à veertien uur die Apple je belooft. Ik heb mijn iPhone X nu een kleine week gebruikt en tot nu toe ben ik erg enthousiast. Het is nog steeds niet zo dat ik vier uur in de trein kan zitten en daarna met een halfvolle batterij zit. Wél is het zo dat ik met mijn iPhone X die reis durf te maken zonder een powerbank, omdat ik weet dat ik het wel ga redden. Combineer dat met het feit dat er steeds meer draadloze oplaadpunten zijn, en je batterijzorgen zijn voorbij. Saillant detail: wist je trouwens dat je met een draadloze oplader niet kunt Candy Crushen tijdens het opladen? Het ding moet namelijk op de lader liggen. Nooit over nagedacht, maar bloedirritant. Stiekem gebruik ik dus af en toe nog een kabeltje.

©PXimport

©PXimport

©PXimport

Processor

Dit is een recensie van de iPhone X en dus ontkom je niet aan benchmarks. Die heb ik heb gedraaid en het zal je niet verrassen: de iPhone X is supersnel (maar opmerkelijk genoeg niet sneller dan de iPhone 8 Plus). Maar boeit dat? Totaal niet. De iPhone 7 Plus heeft het afgelopen jaar bij geen enkel spel gehaperd en ik verwacht niet dat hij dat komend jaar zal doen. De iPhone X is super, supersnel, maar dat is dus wel een gevalletje naar de supermarkt in je Ferrari: je hebt die snelheid (voorlopig) totaal niet nodig.

Conclusie

Wanneer je alles zo op een rijtje zet, zou je de indruk kunnen krijgen dat ik de iPhone X geen goede telefoon vind. Het tegendeel is waar: ik vind het een fantastisch toestel. Maar daar zit direct de crux: ik vond mijn iPhone 7 Plus ook een fantastisch toestel. Ik keek uit naar de Animoji, maar die ben ik inmiddels zat. De camera is fantastisch, maar dat was de vorige camera ook. TrueDepth voegt weinig toe en hoewel Face ID echt heel goed werkt, is het niet gemakkelijker dan Touch ID. Sterker nog: in sommige gevallen is het zelfs minder gemakkelijk. De iPhone X is een fenomenaal toestel met een mooi (maar niet briljant) display en een prachtig design. Maar de enige reden die ik kan verzinnen om hem te kopen is dat het een cool ding is om te hebben. Functioneel heb je er op dit moment namelijk totaal geen reden om hem aan te schaffen.

Goed
Conclusie

**Prijs** € 1159,- (64GB), € 1329,- (256GB) **OS** iOS 11 **Scherm** 5,8 inch **Processor** Apple A11 Bionic **RAM** 3GB **Opslag** 64GB/256GB **Batterij** 2716 mAh **Camera** 12 megapixel dualcam (achter), 7 megapixel (voor) **Connectiviteit** 4G (LTE), Bluetooth 5.0, wifi, gps **Formaat**14,4 x 7,1 x 0,8 cm **Overig** Fast charge, draadloos opladen via Qi **Kopen** [Kieskeurig.nl](https://www.kieskeurig.nl/smartphone/product/3659843-apple-iphone-x)

Plus- en minpunten
  • Fraai display
  • Optische beeldstabilisatie in telelens
  • Prachtig design
  • Ontzettend breekbaar
  • 1329 euro!
  • Display is mooi, maar niet meer dan dat
  • TrueDepth voegt niets toe
  • Geen koptelefoonpoort
▼ Volgende artikel
Luchtontvochtiger of luchtbevochtiger: welk apparaat heb je nodig in de winter?
© Denis Rozhnovsky
Energie

Luchtontvochtiger of luchtbevochtiger: welk apparaat heb je nodig in de winter?

In de winter kun je sneller last hebben van condens en schimmelvorming in huis, maar de lucht kan door de kou ook juist (extra) droog worden. Wat heb je nu nodig in de winter: een luchtontvochtiger of een luchtbevochtiger?

Dit artikel in het kort:

Luchtontvochtigers en -bevochtigers zijn handige apparaten om de luchtvochtigheid in huis te verbeteren. Vooral in de winter, waarin de lucht in huis onderhevig is aan de soms extreme kou van buiten én de warme lucht van de verwarming, is het goed om het klimaat in huis zo optimaal mogelijk te houden. Dat voelt een stuk comfortabeler én voorkomt een hoop gezondheidsklachten! Dit artikel helpt je te bepalen of de lucht in je huis te vochtig of juist te droog is, zodat je weet welk type apparaat je nodig hebt.

Als je je nooit hebt bekommerd om de luchtvochtigheidsgraad in huis, dan is dit het moment om je daar toch eens in te verdiepen. Een gezond binnenklimaat is namelijk essentieel voor je gezondheid. Vooral in de winter, waarin we vaak al vatbaar zijn voor gezondheidsklachten, wil je niet dat een ongezonde luchtvochtigheid in huis vervelende kwaaltjes veroorzaakt of verergert. Zo kan een te lage vochtigheidsgraad leiden tot geïrriteerde luchtwegen, huidklachten en droge lippen en ogen. Ook een te hoge luchtvochtigheidsgraad wil je vermijden: dit werkt schimmel* in de hand en ook van schimmels kun je ziek worden. Een luchtvochtigheidsgraad van 40 tot 60 procent is ideaal. Geen idee hoe vochtig jouw huis is? Je kunt dit eenvoudig meten met een hygrometer.

*Lees ook: 5 huisplanten die schimmel in huis voorkomen

Hygrometer nodig?

Kijk eens bij bol

Wanneer een luchtontvochtiger nodig?

Een luchtontvochtiger is een heel effectief apparaat(je): het zuigt vochtige lucht naar binnen, waarna het weer droge lucht uitblaast. Ook neemt het vuil en stofdeeltjes uit de lucht op, waardoor de lucht in huis niet alleen droger, maar ook frisser wordt. Als je in de winter veel condens op je ramen en deuren opmerkt, denk je misschien al snel dat zo'n luchtontvochtiger in huis best een goed idee is. Toch is het niet heel gebruikelijk om in de winter een luchtontvochtiger in huis te plaatsen. Koude winterlucht in combinatie met een verwarming die vaak dag en nacht aanstaat, maakt de lucht in huis namelijk juist droger.

Maar ieder huis is anders, en sommige huizen hebben juist wél baat bij een wat drogere lucht in de winter. Dit geldt vooral voor slecht geïsoleerde huizen. Omdat door condensatie in zulke huizen sneller vochtproblemen ontstaan, kunnen ook schimmels zich in deze huizen makkelijker vermenigvuldigen. Dat merk je aan schimmelplekken in de winter, maar bijvoorbeeld ook aan een toename van allergische klachten en vermoeidheid. Een luchtontvochtiger kan ook handig zijn in extra vochtige ruimtes zoals kelders, omdat die in de winter vaak vochtig blijven.

©Sue Tansirimas

Een luchtontvochtiger gebruik je in de winter als:
  • De luchtvochtigheid in je huis hoger is dan 60 procent

  • Je huis niet goed geïsoleerd is

  • Je veel schimmel in huis hebt

  • Je last hebt van allergieën en vermoeidheid

  • Je merkt dat kleding in huis niet goed droogt

  • Je extra vochtige ruimtes in huis hebt, zoals de kelder

Wanneer een luchtbevochtiger nodig?

Veel huizen hebben in de winter behoefte aan méér vocht. Zo staat de verwarming in de wintermaanden het grootste gedeelte van de tijd aan, wat de lucht in huis uitdroogt. Ook houdt de koude buitenlucht van nature minder vocht vast dan warme lucht. Als koude lucht binnenkomt en wordt opgewarmd, daalt de luchtvochtigheid in huis nog sterker. Een te droge lucht in huis in de winter merk je gauw genoeg. Je krijgt bijvoorbeeld last van een droge huid, droge lippen of droge ogen. Ook je luchtwegen kunnen uitdrogen, waardoor klachten als keelpijn en hoestbuien sneller opspelen. Een ander teken van een te droge lucht in huis is statische elektriciteit: je krijgt bijvoorbeeld steeds schokken als je voorwerpen aanraakt en je kleding en haar zijn statisch geladen. Door droge lucht kunnen er zelfs scheurtjes ontstaan in houten vloeren en meubels, en planten kunnen sneller doodgaan.

©HN Works

Een luchtbevochtiger gebruik je in de winter als:
  • De luchtvochtigheid in je huis lager is dan 40 procent

  • Je last hebt van een droge huid, droge lippen of droge ogen

  • Je vaak last hebt van keelpijn en hoestbuien

  • Vloeren en/of meubels barsten of kromtrekken

  • Er veel statische elektriciteit in huis is

  • Planten er uitgedroogd uitzien en slap hangen

Luchtontvochtiger versus luchtbevochtiger: wat heb ik nodig in de winter?

Om te weten of je nu een luchtontvochtiger of -bevochtiger nodig hebt in de winter, moet je ten eerste weten hoe het gesteld is met de luchtvochtigheid in je woning. Dit kun je meten met een hygrometer, maar je merkt het vaak ook aan andere dingen. Heb je in de winter veel schimmelplekken in huis, worden je allergieën heviger en droogt je kleding na het wassen erg langzaam? Dan is je woning waarschijnlijk te vochtig en heb je een luchtontvochtiger nodig. Heb je daarentegen last van droge lippen of ogen, ben je continu statisch geladen en hoest je veel, dan is de luchtvochtigheid in je huis te laag en ga je voor een luchtbevochtiger.

Houd er rekening mee dat een kerstboom en eventuele kaarsen in je woning de luchtvochtigheid kunnen beïnvloeden. Een (echte) kerstboom verdampt namelijk vocht via de naalden. Hoe groter de boom, hoe meer vocht hij afgeeft, en hoe vochtiger je woonkamer dus wordt. Kaarsen zorgen juist voor een lagere luchtvochtigheid, omdat vocht door de warme lucht verbrandt. Om zeker te weten dat het klimaat in huis altijd optimaal is, is het slim om de luchtvochtigheid regelmatig te meten. Tip: plaats een luchtontvochtiger of -bevochtiger altijd in ruimtes waar je veel tijd doorbrengt, zoals in de woonkamer of slaapkamer. Zo zal je gezondheid er het meest van profiteren.

▼ Volgende artikel
Zo vraag je een laadpaal aan voor je elektrische auto
© 24K-Production - stock.adobe.com
Mobiliteit

Zo vraag je een laadpaal aan voor je elektrische auto

Een elektrische auto kopen in Nederland is zo gedaan, maar hoe kom je aan een laadpaal om hem op te laden? Je kunt een laadpaal aanvragen bij jouw gemeente of er een via een laadpaalaanbieder bestellen. Wij leggen beide manieren uit.

Dit artikel in het kort:

  • Publieke laadpalen aanvragen kan via de gemeente, maar wachttijden zijn vaak lang.
  • Aanvragen in steden zoals Amsterdam worden soms niet meer geaccepteerd.
  • Privé-laadpalen kosten 2000-3000 euro inclusief installatie en bieden volledige controle.
  • Bekende aanbieders zijn onder andere Shell Recharge en Vattenfall.
  • Verbeteringen aan je meterkast kunnen laadprestaties sterk verhogen.

🚘Ook interessant: Is elke laadpaal voor elke elektrische auto geschikt?

Download nu GRATIS het EV Duurtest-rapport 2024!

In het EV Duurtest-rapport zijn nieuwe elektrische auto's door verschillende consumenten getest. Alle resultaten vind je terug in dit digitale rapport. Door het invullen van je naam en e-mailadres meld je je aan voor ontvangst van het Kieskeurig EV Duurtest-rapport. Tevens ben je ingeschreven voor de Kieskeurig.nl EV-nieuwsbrief.

Nederland heeft een van de beste laadnetwerken ter wereld en die titel houden we graag. Daarom bieden lokale overheden vaak een manier om een laadpaal bij jou in de buurt te plaatsen. Het moet dan wel om een openbare parkeerplaats gaan; als je een laadstation op je eigen terrein wilt – bijvoorbeeld de oprit voor je woning of vlak naast je bedrijfspand – zul je zelf in de buidel moeten tasten. We kijken eerst naar hoe je een publieke laadpaal aanvraagt bij jou in de buurt.

Een publieke laadpaal aanvragen in jouw buurt

Het verschilt per gemeente hoe je een laadpaal moet aanvragen, dus de eerst stap die je moet nemen is simpel: bezoek de website van jouw lokale overheid. Vaak vind je hier vrij snel een webpagina waar je een laadpaal kunt aanvragen.

Op de informatiepagina geeft de gemeente alle details over de inschrijving, de wachtperiode en wie de laadpaalverstrekker is. Goed om te weten: je betaalt zelf niets voor de plaatsing, maar je moet het laadpunt dan ook delen met andere EV-rijders in de buurt. Als iemand anders bezig is met laden, heb je gewoon pech. De gemeente kijkt verder naar de volgende criteria bij jouw laadpaalaanvraag:

  • Ben je in het bezit van een elektrische of plug-in hybride auto? Of heb je een EV in bestelling staan?

  • Heb je zelf geen mogelijkheden om op je eigen terrein een laadpaal te plaatsen? Er wordt dan een oprit of garage bedoeld.

  • Hoeveel openbare laadpunten zijn er in een straal van een paar honderd meter van jouw woonadres?

  • Hoeveel bezitters van elektrische auto's zijn er in de directe omgeving van je woning?

In dat laatste geval helpt het als je contact opneemt met andere EV-rijders in de buurt. Hebben zij namelijk al een aanvraag ingediend voor een openbare laadpaal? De kans is er dat zij net zo worstelen met het laden van hun elektrische auto als jij.

Op een elektrische auto zit in 2025 weer veel subsidie en belastingvoordeel. Lees hier het complete overzicht.

Let op de wachttijden!

Een aanvraag voor een openbare laadpaal kun je het best zo snel mogelijk doen nadat je weet dat je een stekkerauto in je bezit krijgt. De wachttijd is meestal meerdere maanden. De gemeente neemt zijn tijd om jouw aanvraag te controleren en te kijken naar de beste plaats om de paal te plaatsen. Dit is vrijwel altijd een bestaande parkeerplaats in jouw omgeving. De wachttijd kan bovendien oplopen, omdat er momenteel chiptekorten in de wereld zijn, waardoor de productie van laadstations achterloopt.

Sommige steden accepteren geen aanvragen meer

Houd er ook rekening mee dat bepaalde drukke gebieden in Nederland geen laadpaalaanvragen meer accepteren. We hebben het dan over meestal stedelijke gebieden, zoals Amsterdam. De aanvraagtermijn is daar verstreken en de gemeente verwacht met hun huidige bouwplannen voor nieuwe laadpalen voldoende mogelijkheden te bieden aan bewoners.

Voor de laadpaal hoef je niets te betalen, maar voor het gebruik wel. De stroomkosten kunnen verschillen per dag en aanbieder. Meestal biedt de gemeente een link naar het bedrijf waarmee ze samenwerken, waarop je de huidige laadtarieven ziet. Je kunt dit het best zelf ook opzoeken want de tarieven kunnen sterk uiteenlopen.

🔌Voor openbare laadpalen heb je meestal een laadpas nodig. Dit moet je allemaal weten over laadpassen.

Schrik je van je energieverbruik thuis?

Met een energiemeter bekijk je van elk apparaat het verbruik

Een laadpaal bestellen voor eigen terrein

Een openbare laadpaal is geen garantie dat je altijd je eigen parkeerplek hebt. Je zult hem moeten delen, in tegenstelling tot een laadpaal op eigen terrein. Een dergelijke station moet je helemaal zelf betalen en laten installeren. Gelukkig zijn de wachttijden hier over het algemeen vlotter. Bovendien heb je meer keuze uit welk type laadstation je precies op je terrein laat neerzetten.

In het gunstigste geval ben je voor een laadpaal bij jou thuis ongeveer 2000 tot 3000 euro kwijt, inclusief btw en montage. We hebben het dan over een reguliere laadpaal die in de buurt van de gevel niet te ver van de meterkast staat. Hoe verder jouw laadpaal van de meterkast verwijderd is, hoe meer er gegraven moet worden en dat kost extra.

Je kunt ook overwegen om je meterkast een upgrade te geven. Bij 1-fase stroom uit je meterkast, gaat het laden met een snelheid van 3,7 kW, wat ongeveer 20 kilometer per uur betekent. Niet zo snel dus, maar voldoende als je dagelijks korte afstanden rijdt. De capaciteit van de meterkast kun je uitbreiden naar 11 kW of zelfs 22 kW, wat het laden aanzienlijk sneller maakt. Hiervoor moet dan wel de elektricien langskomen, en afhankelijk van hoe oud jouw meterkast is, kost het je honderden euro's extra of zelfs meer dan duizend euro.

©AK | ID.nl

Laadpaalleveranciers in Nederland

Nederland telt een hoop goede laadpaalverstrekkers. Dit zijn een paar van de bekendste die je kunt overwegen:

  • Alfen

  • Shell Recharge

  • Chargepoint

  • Essent

  • Eneco

  • Vattenfall

Het kost wat maar met jouw persoonlijke laadpaal kun je altijd thuis opladen en hoef je je nooit zorgen te maken over een halfvol accupakket de volgende dag.

Een laadpaal op eigen terrein wordt vaak gecombineerd met een thuisbatterij. Lees hier hoe je het beste een thuisbatterij kunt installeren.