Zo haal je alles uit de iOS Camera-app

© PXimport

Zo haal je alles uit de iOS Camera-app

Geplaatst: 25 april 2013 - 08:05

Aangepast: 16 november 2022 - 09:21

Redactie ID.nl

Zowel de iPhone als de iPod touch zijn geweldige zakcamera’s, en ook de iPad en iPad mini zijn zeker niet verkeerd. Een iOS-apparaat is dan misschien niet geschikt voor al jouw fotografische behoeften, maar het kan wel ontzettend goed van pas komen in tal van situaties waar je vroeger nog een digitale camera voor nodig had.

De eenvoudigste manier om met je iPhone foto’s te maken en video’s op te nemen, is met de ingebouwde Camera-app van Apple. De applicatie start standaard op in de modus voor stilstaande beelden; je kunt een foto maken door op het camera-icoon aan de onderkant van het scherm te drukken of door op een van de volumeknoppen te drukken.

Je kunt tussen de camera’s aan de voor- en achterkant wisselen door op het camera-icoon (met de ronde pijlen) in de rechterbovenhoek te drukken. Je maakt foto’s of video’s door op de Foto/Video schuifbalk te drukken; rechts onderaan het scherm in de portretmodus of in de rechterbovenhoek in de landschapsmodus.

Omkader je onderwerp

Zowel fotografen als kunstenaars houden zich aan de zogenaamde ‘regel van derden’: Foto’s zien er beter uit wanneer het onderwerp niet in het midden van de foto staat, maar ongeveer een derde naar links of rechts, of omhoog of omlaag (hetzelfde geldt overigens voor video – kijk maar eens goed naar tv-series en films).

Stel je voor dat het beeldgebied is opgedeeld door twee horizontale lijnen die volgens de regel van derden op gelijke afstand van elkaar staan, en twee verticale lijnen die ook volgens de regel van derden op gelijke afstand van elkaar staan. Volgens deze regel moeten de meest visueel interessante delen van de afbeelding langs deze lijnen gepositioneerd worden, of op één van de punten waar de lijnen elkaar kruisen.

Terwijl veel ervaren fotografen zich bij het maken van de compositie een onzichtbaar raster kunnen voorstellen, maakt je iOS-apparaat het een stuk eenvoudiger. Druk simpelweg op de knop Opties in de Camera-app, en schakel de Raster functie in. Je krijgt dan een raster van drie-bij-drie op je beeldzoeker te zien, zodat je je gemakkelijk aan de regel van derden kunt houden.

Stel belichting en scherpte in

De Camera-app stelt automatisch de belichting (de helderheid van het beeld) en de scherpte (welk deel van het tafereel scherp is) in, maar dit werkt niet altijd even goed. Om de belichting handmatig in te stellen druk je één keer op het gedeelte van de afbeelding dat je als uitgangspunt wilt gebruiken.

Als je een macrofoto neemt (één object scherp in beeld, met verder een wazige achtergrond), of als je probeert te voorkomen dat je iPhone scherpstelt op een sterk verlicht gedeelte waardoor de rest van de foto vervaagt, kun je de belichting vergrendelen en op een specifiek punt scherpstellen. Houd gewoon dat punt ingedrukt totdat er een blauw scherpstellingsvenster verschijnt dat gaat flikkeren, en verwijder je vinger van het scherm; onderaan de app verschijnen de woorden AE/AF-vergrendeling.

Om de vergrendeling op te heffen en op iets anders scherp te stellen moet je op een ander gedeelte van het scherm drukken. Bedenk wel dat je met de Camera-app alleen scherp kunt stellen op het punt waarop je de belichting vergrendeld hebt; je kunt niet de belichting op het ene punt instellen en vervolgens op iets anders scherpstellen. Er zijn echter apps van derden waarmee dit wel kan.

Om foto’s te bekijken die je onlangs genomen hebt, kun je zowel op het live beeld naar rechts swipen, of op het vierkante thumbnail-icoon in de linkeronderhoek drukken.

Gebruik de flitser

De flitser van een iOS-apparaat kan een heleboel nachtelijke foto’s van volledige duisternis redden – maar vaak krijg je hierdoor het rode ogen-effect en verblind je tijdelijk je onderwerpen of hebben ze in de foto hun ogen dicht.

Je apparaat is uitgerust met een felle led-flitser die je onderwerp tot op een afstand van ongeveer 1,8 meter goed kan verlichten. Daarna gaat het achteruit, dus je kunt de flitser beter alleen van dichtbij gebruiken. Bovendien geeft de led-flitser de belichte onderwerpen vaak een vreemde blauwe gloed, maar je kunt dit verhelpen met beeldbewerkings-apps van derden waarmee je de kleurbalans kunt aanpassen. Je kunt de flitser inschakelen door op het bliksem-icoon in de linkerbovenhoek van het scherm te drukken.

Schakel HDR in

Bij het gebruik van de camera aan de achterkant van je apparaat, kan je voor je foto’s HDR (high dynamic range) gebruiken. Dit doe je door op de knop Options te drukken en HDR in te schakelen. Het dynamisch bereik is het lichtspectrum dat het oog – of de camerasensor – kan waarnemen, en de HDR-optie kan geweldig zijn voor opnames met meerdere lichtniveaus. Zo zal een portretfoto bij zonsondergang bijvoorbeeld zowel je onderwerp als de vuurrode lucht vastleggen. De HDR-instelling van Apple neemt drie foto’s met verschillende belichtingen (onderbelicht, overbelicht, en in het midden) en combineert deze.

Omdat de HDR-instelling vaak betere resultaten geeft, is het verleidelijk om deze altijd ingeschakeld te hebben. Je kunt er immers voor kiezen om de camera zowel het origineel als de verbeterde versies op te laten slaan (ga naar Instellingen > Foto’s). Op die manier heb je nog steeds het origineel als je niet weg bent van de HDR-versie. Helaas duurt het een aantal seconden om een HDR-foto op te slaan, en als je weinig opslagruimte hebt nemen de aanvullende grotere versies van je foto’s al gauw te veel ruimte in.

Maak een panorama

De iPhone 5 heeft een fantastische functie waarmee je van bijna alles prachtige panorama’s kunt maken – je kamer, het strand, zelfs de Sierra Mountains. Druk op het camera-icoon op de iPhone, kies [i]Opties, en selecteer Panorama.

Je krijgt een scherm te zien met daarop een pijl die naar rechts wijst en een lijn die je moet volgen terwijl je het beeld opneemt door naar rechts te bewegen. Terwijl je deze functie gebruikt, lijkt het misschien alsof je een filmpje aan het opnemen bent, maar dat is niet zo: Het resultaat is een stilstaand beeld.

Als je liever van links naar rechts beweegt, druk dan eenmaal op de pijl terwijl je je in de panoramamodus bevindt, en de richting zal veranderen. Je kunt ook verticale panorama’s maken door je telefoon horizontaal te houden en omhoog te bewegen. Je kunt de scherpte en belichting op dezelfde manier instellen als wanneer je een gewone foto maakt (druk op het punt in de compositie waarop je de telefoon wilt kalibreren).

Dit is een vrij vertaald artikel van onze zustersite Macworld.com, geschreven door Serenity Caldwell (@settern). De mening van de auteur komt niet per definitie overeen met die van ComputerTotaal.nl.

Deel dit artikel
Voeg toe aan favorieten