Hoe speelt u DivX-, mkv- en vob-bestanden af op uw tv? Via een mediaspeler natuurlijk. Maar op welke manieren kunt u die aansluiten op het netwerk, hoe streamt u films vanaf uw pc en welke kabels zijn het beste voor de tv?

1. Netwerk streaming

Is de mediaspeler eenmaal aangesloten op het netwerk, dan kunt u bestanden gewoon op uw pc of NAS laten staan en deze via de mediaspeler op de tv afspelen. Sommige tv's zijn zelf al voorzien van een ethernetaansluiting en DLNA en dan kan het ook rechtstreeks. Wilt u streamen vanaf uw pc, dan moet u de mappen (met films of foto's) delen met de rest van het netwerk. De meeste apparatuur en gedeelde mappen zullen automatisch herkend worden. U kunt een map (of zelfs complete schijf) delen door in Windows Verkenner op de rechtermuisknop te klikken en te kiezen voor Delen (of te gaan naar Eigenschappen / Delen).

2. Aansluiten op netwerk

Een mediaspeler kan zelfstandig opereren, bijvoorbeeld dankzij een ingebouwde harde schijf, kaartlezer of usb-aansluiting. Maar de toegevoegde waarde van het apparaat wordt veel groter wanneer deze rechtstreeks aangesloten is op het netwerk. Als uw streamer wifi heeft ingebouwd, is dat een koud kunstje. Zo niet, dan kan het een hele uitdaging zijn. Er zijn drie mogelijk­heden:

Ethernet

Ethernet biedt nog steeds de snelste data-overdracht. De meeste mediaspelers hebben dan ook een ethernetaansluiting waarmee ze rechtstreeks op een router kunnen worden aangesloten. Maar er moet dan natuurlijk wel een ethernetkabel in de buurt van de tv zitten om hier gebruik van te kunnen maken. Sommige (nieuwbouw)huizen zijn voorzien van holle buizen in de muur die uitkomen in de meterkast. In dat geval kunt u een dergelijke kabel zelf aanleggen en afwerken met een ethernetaansluiting in de muur. Vanaf daar legt u dan een kabel naar de mediaspeler. Een lange ethernetkabel door het huis is ook een optie, maar het kan lastig zijn om die netjes weg te werken. Een ethernetkabel mag maximaal 100 meter lang zijn, dus daarin zal het probleem niet zitten.

© PXimport

Ethernet biedt hoge en stabiele snelheden en is daarom nog steeds de meest gebruikelijke manier om een mediaspeler aan te sluiten op het netwerk.

Wifi

Wanneer uw mediaspeler over wifi beschikt, is het een kwestie van softwarematig aansluiten. Dat gaat vrijwel net zoals met een notebook: via het menu van de streamer zoekt u de beschikbare netwerken, kiest u uw eigen en typt u vervolgens de beveiligingscode in. Als uw streamer geen wifi-adapter heeft, kunt u soms de usb-poort gebruiken voor een wifi usb-stick. De meeste fabrikanten bieden deze zelf als optie aan, maar in theorie kunt u ieder merk gebruiken (al is de werking dan niet gegarandeerd). Wifi 802.11g (54 Mbit/s) is de minimale eis om HD-videobeelden te kunnen streamen, maar 802.11n (200 Mbit/s en meer) is beduidend beter, ook omdat deze grotere afstanden kan overbruggen.

© PXimport

Electriciteit

Een goed alternatief is een netwerk via het stroomnet via een zogenaamde Power- of HomePlug. Er is tegenwoordig een royaal aanbod van verschillende fabrikanten, die ook specifiek inspelen op de audio- en videobehoefte van de consument. Een PowerPlug verzendt datagegevens via de electriciteitskabels. U hoeft dus geen kabels aan te leggen en het netwerk werkt overal waar een stopcontact is. Er zijn verschillende versies te krijgen, waarvan de 85 Mbps en 200 Mbps de meest gebruikelijke zijn. De laatste is aan te raden voor AV-gebruik, want de snelheid ligt in de praktijk vaak een stukje lager.

© PXimport

3. Wifi traag?

Het afspelen van een 1080p film in blu-ray-formaat vereist een bandbreedte van 36 Mbps. Voor de veiligheid wordt vaak een minimum van 54 Mbps aangehouden. Wanneer u nog een oude wifi-standaard gebruikt (zoals 802.11g), kan het daarom zijn dat het streamen van HD-materiaal niet helemaal soepel loopt. Dat hangt mede af van de positie van de router, de ontvanger (de mediaspeler dus), de afstand daartussen en het huis waarin u woont. Het wifi-signaal neemt bijvoorbeeld snel af in een huis met gewapend beton. Ook kan de beschikbare bandbreedte wordt beperkt door andere wifi-routers in de omgeving. Wanneer u merkt dat het niet lekker loopt, kunt u een upgrade naar 802.11n overwegen of eventueel een bekabelde oplossing kiezen (zoals ethernet of PowerPlug).

4. Usb-slot

Vaak zit er op een mediaspeler op zowel de voor- als achter­zijde een usb-aansluiting. Dat is handig, want met usb kunt u uw streamer eindeloos uitbreiden met zowel nieuwe functionaliteit als randapparatuur. Het meest voor de hand liggende is natuurlijk een usb-stick waarop foto's en video's staan. Maar een externe harde schijf vol met films kan natuurlijk ook gebruikt worden. Daarnaast kunt u een kaartlezer aansluiten, zodat u geheugenkaartjes kunt uitlezen. Sommige camera's laten zich overigens ook rechtstreeks aansluiten op de mediaspeler. Last but not least kunt u uw streamer via usb wellicht uitbreiden met wifi.

© PXimport

Een usb-slot is multifunctioneel. Hij kan overweg met usb-sticks, externe harde schijven, kaartlezers, fotocamera's én wifi-sticks.

5. Aansluiten op de tv

Een mediaspeler heeft verschillende aansluitingen. Waarvoor zijn ze en welke kunt u nu het beste gebruiken?

HDMI

De meest gebruikte methode om een mediaspeler aan te sluiten op een tv is via een HDMI-kabel. Deze verstuurt zowel audio als video rechtstreeks digitaal naar de tv. De meeste nieuwe HDTV's bieden vier HDMI-aansluitingen, waardoor er plek genoeg is. Is dat niet het geval, dan kunt u een andere aansluitmethode gebruiken zoals component.

© PXimport

Component en S/PDIF

Voor de intrede van HDMI werden componentkabels gebruikt om HD-signaal over te brengen. Deze worden nog steeds gebruikt en zijn ook op veel - vaak iets oudere - apparaten te vinden, zoals audio- en videoapparatuur, HD-­camcorders en spelconsoles. Het betreft een analoog signaal in plaats van digitaal, maar toch doet de kwaliteit niet echt onder voor HDMI, zij het dat de resolutie beperkt is tot 1080i. Dat is prima voor HD Ready-tv's (720p), maar niet voor Full HD (1080p). De drie kabels (rood, groen en blauw) geven het beeld door. Het (surround) audiosignaal moet apart worden doorgegeven via

S/PDIF (optisch of coaxiaal).

Geen HDMI? Dan SCART, S-VHS of composiet

Heeft uw tv geen HDMI en ook geen component? Dan betreft het waarschijnlijk nog een 'ouderwetse' beeldbuis. Deze kan worden aangesloten met SCART, S-VHS of composiet. Het voordeel van SCART is dat video en audio beide worden doorgegeven aan de tv en dat deze het signaal automatisch herkent (en zal omschakelen naar het beeld van de mediaspeler wanneer deze aangezet wordt). Maar als de SCART-aansluitingen al in gebruik zijn, zijn S-VHS of composiet prima alternatieven. S-VHS (of S-Video) biedt een iets betere beeldkwaliteit, al is dit nauwelijks merkbaar. De gele composietstekker laat zich makkelijker aansluiten omdat er geen pinnetjes zijn die per se op de juiste plek moeten zitten. Los hiervan moet audio op de tv worden aangesloten via de rode en witte tulpstekkers.

© PXimport

De drie component-aansluitingen (YPbPr) geven een analoog 702p/1080i-signaal door. Audio moet apart worden aangesloten via S/PDIF.

Deel dit artikel
Voeg toe aan favorieten