Extra accessoires voor betere foto's

Als u een accu en een geheugenkaartje in uw camera plaatst, hebt u in principe alles bij de hand wat nodig is om op pad te gaan en foto's te maken. Er zijn echter ook allerlei handige toebehoren waarmee foto's maken extra leuk wordt en die u bovendien helpen om met nog betere resultaten thuis te komen.

1. Waterpas

Het valt niet mee om een camera kaarsrecht te houden. Daarom hebben nieuwe toestellen steeds vaker een elektronisch waterpas aan boord. Op het scherm of via de zoeker ziet u daarmee of u geen scheve foto's maakt. Er zijn ook losse waterpasjes te koop, voor het geval dat uw camera er nog geen heeft. Die schuift u in de flitsschoen bovenop het toestel. Traditionele modellen hebben een of meer buisjes gevuld met vloeistof, waardoor u de camera recht kunt zetten aan de hand van luchtbelletjes. Ze lijken op miniatuurversies van de waterpassen die u in de bouwmarkt vindt. Moderne varianten werken met gekleurde lampjes. Brandt alleen het groene led-lampje in het midden, dan staat de camera recht. Gaan er ook oranje of rode leds branden, dan staat de camera scheef.

© PXimport

Met de Kaiser Action Level Cross ziet u of de camera exact recht staat.

2. Hoorbaar recht

Kijkt u door de zoeker in plaats van op het camerascherm, dan hebt u uiteraard niet veel aan een waterpasje dat bovenop de camera zit. Een exemplaar dat via geluidssignalen aangeeft of u de camera recht houdt is dan een betere optie. Aan de hand van het type pieptoon hoort u blindelings naar welke kant u het toestel moet bewegen om het exact recht te houden. Bent u in een omgeving waarin het gepiep ongepast is? U kunt het geluid gewoon even uitschakelen en in plaats daarvan de gekleurde ledjes gebruiken. Waterpasjes zijn overigens ook erg handig als u vanaf een statief werkt.

© PXimport

De Kaiser Action Level Sound laat horen of de boel rechtop staat.

3. GPS-module (1)

Het is altijd leuk als u kunt zien waar uw foto's zijn gemaakt. Als u een gps hebt, kunt u locatiegegevens in een fotobestand opslaan, zodat u niet langer afhankelijk bent van uw geheugen. In plaats van 'ergens op een eiland in de Stille Zuidzee' tonen gps-coördinaten exact waar u zich bevond toen u een plaat maakte. Dat is ook handige informatie voor anderen die uw online webalbum bekijken. Langzaam maar zeker komen er camera's op de markt met een ingebouwd gps, maar veel zijn het er nog niet. Voorlopig zult u het moeten doen met een losse module, waarvan er verschillende verkrijgbaar zijn. U hangt zo'n apparaatje aan uw broekriem of u stopt het in uw jaszak en om de paar seconden slaat het de locatie op waar u zich bevindt. Bijkomend voordeel is dat u achteraf uw route in bijvoorbeeld Google Earth kunt bekijken. Een gps-module is dus ook handig als u geen foto's maakt.

© PXimport

Een gps-module zoals de i-gotU registreert de locaties waar u bent.

4. GPS-module (2)

Als u de foto's van uw camera naar de computer overzet, doet u hetzelfde met de gegevens in de gps-module. Daarna gebruikt u een bijgeleverd programma om de locatiegegevens aan uw foto's toe te voegen. Onder andere webalbums zoals Flickr en Picasa herkennen vervolgens automatisch waar uw foto's zijn gemaakt. Het mooie is dat het doorgaans niet uitmaakt met welke camera of camera's u werkt. De gps-module is een los apparaat en hij werkt ook nog eens op een eigen batterij, dus u belast de accu van de camera niet. Er bestaan ook merkgebonden gps-modules, die u op de flitsvoet van de camera schuift. In dat geval worden locatiegegevens vaak al tijdens het fotograferen toegevoegd, u hoeft dan achteraf dus niets meer te doen.

5. Scherptediepte

Fotografen spelen graag met scherptediepte. Zodra u de camera ergens op scherpstelt, zal niet alleen het onderwerp scherp in beeld komen. De scherpte begint altijd al een stuk eerder en loopt ook nog een eindje door. Dit gebied, van voor tot achter het punt waarop u scherpstelt, wordt de 'scherptediepte' genoemd. Soms wilt u een groot deel scherp in beeld hebben, bijvoorbeeld als u een landschap vastlegt. Bij een portret of een voorwerp is het juist mooi als het onderwerp scherp is en de achtergrond onherkenbaar wazig. De scherptediepte hangt van veel factoren af, dus als u er maximaal grip op wilt hebben moet u zich er echt in verdiepen. U kunt het uzelf echter ook gemakkelijk maken, door het hulpmiddel uit de volgende tip te gebruiken.

Wilt u met de scherptediepte spelen, dan is een scherptedieptegids een prima hulpmiddel. Door aan enkele ringen op een schijf te draaien, leert u waar de scherpte begint en waar hij weer ophoudt. Zo weet u van te voren welk standpunt u moet innemen en hoe u de camera het beste kunt instellen. Bij een compactcamera is de scherptediepte altijd erg groot, tenzij u dicht op het onderwerp kruipt met de camera in de macrostand. De scherptedieptegids komt dan ook vooral tot zijn recht als u met een spiegelreflexcamera werkt. Een setje bestaat uit twee schijven, een voor een standaard- en een voor een telelens. Alleen al het spelen met deze schijven helpt u om het begrip 'scherptediepte' onder de knie te krijgen

© PXimport

De ExpoAperture2 vertelt u welke scherptediepte u mag verwachten.

6. Grijskaart

Een goed belichte foto maken is ook met moderne camera's niet altijd eenvoudig. Veel fotografen gebruiken een grijskaart om de optimale belichting te bepalen. Deze kaarten zijn te koop bij nagenoeg elke (online) fotowinkel. Als u ermee wilt werken is het wel noodzakelijk dat u de sluitertijd en het diafragma op uw camera handmatig kunt instellen. U zet het grijskaartje bij het onderwerp neer en richt het zó dat hetzelfde licht op de kaart valt als op het onderwerp. Zorg dat het kaartje beeldvullend in de zoeker of op het scherm staat, maar pas op voor schaduwen van uzelf of de camera. Bij een camera met spotmeting hoeft de kaart niet beeldvullend te zijn en kunt u meer afstand houden. Druk de ontspanknop half in en lees de belichting af. Deze stelt u vervolgens handmatig bij, met de camera in de M-stand. Zolang de lichtomstandigheden niet veranderen kunt u nu met een gerust hart foto's maken.

Waarom al dat gedoe met een grijskaart als uw camera een automatische stand heeft? De belichtingsmeter van de camera kijkt naar alles wat in beeld is, maar niet alles reflecteert evenveel licht. Steeds als u de camera iets anders richt, kan automatisch een andere belichting worden gekozen en daarbij loopt u zelfs kans op overbelichte of onderbelichte foto's. Dankzij een lichtmeting met een grijskaart belicht u de foto's consequent goed. Omdat een grijskaart neutraal van kleur is, kan het kaartje ook worden gebruikt om uw foto's van natuurgetrouwe kleuren te voorzien. Camera's hebben weliswaar een automatische witbalans, maar vaak is het toch nodig om zelf in te grijpen, bijvoorbeeld als u foto's maakt bij kunstlicht of in de schaduw. U pakt dit zelf op door het grijskaartje in beeld te nemen terwijl u de witbalans handmatig instelt. Het verschilt per cameramerk hoe dit precies werkt, neem dus eventueel de handleiding er even bij.

7. Kleur en licht

Een alles-in-één oplossing is de Color Checker Passport. Dit is een handzaam doosje dat u opengevouwen bij het onderwerp neerzet of door iemand vast laat houden. Voordat u begint met fotograferen maakt u één opname met het doosje goed in beeld. Vervolgens gebruikt u de gemaakte foto om achteraf in bijvoorbeeld Photoshop de belichting en de kleuren helemaal goed af te stellen. Er wordt ook een programma meegeleverd dat het doosje automatisch in uw foto opspoort, waardoor corrigeren nog gemakkelijker wordt. Het doosje bevat verschillende gekleurde en grijze, zwarte en witte vakjes. Hiermee zijn kleuren heel natuurgetrouw weer te geven. U kunt de foto uiteraard ook naar smaak een warmere of koudere uitstraling geven, door simpelweg een vakje met een andere tint wit aan te wijzen.

© PXimport

U kunt de belichting en kleuren gemakkelijker bijstellen door het opengevouwen Color Checker-doosje mee te fotograferen.

8. Belichting op afstand

Als u niet in de buurt van uw onderwerp kunt komen, is een grijskaartje onbruikbaar. In zo'n geval biedt een Expodisc uitkomst. Dit is een geribbeld filter dat u voor de lens houdt. Het is wel belangrijk dat u de juiste maat gebruikt, want niet elke lens heeft dezelfde diameter. Tijdens het instellen richt u de camera niet op het onderwerp, maar in de richting van de lichtbron. Vervolgens stelt u de witbalans in zoals aangegeven voor uw cameramodel. Valt er ander licht op het onderwerp dan op uzelf? Richt de camera dan liever wel op het onderwerp. Omdat de binnenkant van de schijf matwit is, kan de ExpoDisc ook worden gebruikt om stofdeeltjes op de camerasensor van een spiegelreflexcamera op te sporen.

© PXimport

U kunt de witbalans instellen door een ExpoDisc voor de lens te houden.

9. Statief

Er zijn allerlei omstandigheden denkbaar waarbij u beter met een statief kunt werken. Als u bij weinig licht zonder statief fotografeert, tijdopnamen maakt of met grote telelenzen werkt, loopt u grote kans op mislukte foto's door bewegingsonscherpte. Een driepoot-statief is handig om uw camera neer te zetten en uw handen vrij te hebben. Een monopod ('eenbeen-statief') geeft juist meer bewegingsvrijheid. Eventjes neerzetten zit er bij een monopod helaas niet in en tijdopnamen kunt u er al helemaal niet mee maken. Kleine, lichte statieven zijn ideaal voor op reis. Grote, stevige exemplaren zijn onmisbaar bij zware apparatuur en bij een harde wind. Vooral voor compactcamera's zijn er tientallen soorten kleine en handige statiefjes verkrijgbaar, die vaak gewoon in uw binnenzak passen.

© PXimport

De Joby Gorillapod Magnetic kan op de meest vreemde plekken van pas komen.

Wist u dat ook in een statief vaak een waterpasje zit? Let er alleen wel op dat een zorgvuldig uitgelijnd statief nog niet betekent dat uw camera waterpas staat. Het toestel is op een beweegbare en kantelbare kop gemonteerd, die u er trouwens vaak nog los bij moet kopen. Het waterpasje in het statief is dan ook vooral bedoeld om het statief zelf goed recht te zetten, zodat kaarsrechte bewegingen mogelijk zijn. Tot slot moet u, ook met gebruik van een waterpas, altijd op blijven letten. In een huis met een schuine vloer is het nog maar de vraag of u de camera exact waterpas wilt zetten, want dan komt het interieur juist schuin op de foto.

10. Zonnescherm

Het schermpje van uw camerascherm is in zonlicht vaak niet goed af te lezen. Bij fel licht kunt u dus niet met zekerheid vaststellen dat kleur, belichting en scherpte in orde zijn. Om te voorkomen dat u thuiskomt met mislukte foto's, kunt u even de schaduw opzoeken, maar als u regelmatig uw foto's wilt controleren is dat omslachtig en bovendien is het niet in iedere situatie mogelijk. Gelukkig zijn er verschillende oplossingen voor bedacht. Allereerst zijn er kapjes die u op de achterkant van de camera plaatst en die dienst doen als een soort zonnescherm. Dat scheelt al een stuk. Nog handiger is een soort kijkertje, een koker met een lens dat u over het scherm plaatst om uw foto's te beoordelen. Deze 'loep' schermt het omgevingslicht volledig af, zodat u uw foto in volle pracht ziet.

© PXimport

Met een Hoodman HoodLoupe kunt u uw foto zelfs in de felle zon prima beoordelen.

© PXimport

De Delkin Pop-Up Shade is een soort zonnescherm voor op de camera.

11. Polarisatiefilter

Reflecties in (winkel)ruiten zijn lastig als u wilt vastleggen wat erachter ligt, in plaats van wat zich ervoor op straat afspeelt. Door een polarisatiefilter voor de lens te plaatsen kunt u dit soort reflecties grotendeels opheffen. Het is wel altijd even zoeken onder welke hoek u de foto het beste kunt maken. Ook bij een wateroppervlak werkt een dergelijk filter goed. De schittering op het water verdwijnt en u kunt - althans bij helder water - ineens zien wat er onder het oppervlak gebeurt. Een polarisatiefilter schroeft u aan de voorkant op de lens of u stopt hem in een houder. Let er wel op dat u er een koopt met de juiste diameter. Er zit een draaibare ring op waarmee u het effect instelt. Behalve dat het reflecties wegneemt, zorgt een polarisatiefilter er ook voor dat kleuren intenser worden. Dat levert dus mooie blauwe luchten en groene weilanden op, zolang u ongeveer dwars op de zon fotografeert.

© PXimport

© PXimport

Met een polarisatiefilter kunt u onder het water­oppervlak kijken en worden kleuren intenser.

12. Fototassen

Om uw spullen goed te beschermen tegen vocht, vuil en beschadigingen hebt u een fototas nodig. Daar bestaan er tegenwoordig heel wat van, dus loop vooral een keer met al uw fotospullen de fotozaak binnen. Dan weet u zeker of alles past, of er ruimte overblijft voor toekomstige uitbreidingen en niet te vergeten: of de tas wel comfortabel zit en draagt. Schoudertassen hebben als voordeel dat u snel bij uw spullen kunt. Als u lange wandelingen maakt is een rugzak prettiger, omdat het gewicht dan over uw schouders en rug wordt verdeeld. Als u er iets uit wilt halen moet een rugzak uiteraard wel eerst worden afgedaan. Een tussenvorm is de rugzak met één schouderband, ook wel 'sling bag' genoemd. Die schuift u simpelweg naar voren als u er iets uit wilt halen.

13. Onderhoud

U laat uw camera hopelijk niet alleen maar in zijn beschermende tas zitten. Tijdens het gebruik komt er echter al snel stof, zand, vocht, vingerafdrukken en ander vuil op het toestel. Het is daarom handig om altijd een setje schoonmaakspullen bij de hand te hebben. Pas vooral op bij het reinigen van het lensoppervlak en het camerascherm. Wrijf er niet zomaar met een doekje overheen, want voor u het weet zit er een diepe kras op. Vooral zandkorrels (bijvoorbeeld op het strand) zijn hier berucht om. Gebruik altijd eerst een blaasbalgje om het losse vuil te verwijderen en strijk er dan pas met een zachte lenskwast over. Vingerafdrukken haalt u met een (eventueel wat vochtig) lensdoekje weg.

© PXimport

Blaasbalg, lenskwast en doekjes zijn onmisbaar om uw spullen schoon te maken en te houden.

14. Slecht weer

Niet alleen bij mooi weer schiet u leuke plaatjes, ook bij slecht weer doen zich fotogenieke momenten voor. Gaat u naar buiten, kleed dan niet alleen uzelf op het weer, maar denk ook aan uw fotoapparatuur. Camera's en vocht gaan nu eenmaal niet goed samen. Als u een echt waterdichte camera hebt is het uiteraard een ander verhaal. De duurdere spiegelreflexen willen nog wel eens weerbestendig zijn, maar dit betekent niet dat ze graag kopje onder gaan. In de meeste gevallen betekent het slechts dat ze tegen wat spatwater of tegen een licht regenbuitje zijn bestand. Behalve de camera zelf moet ook de lens die u erop zet weerbestendig zijn, want anders hebt u alsnog een probleem. Wie op zeker wil gaan, kan voor extra bescherming zorgen. Er bestaan verschillende soorten regenhoezen waarin u uw camera - compleet met lens - in kunt pakken.

© PXimport

Onder andere het merk Kata levert handige regen­hoezen voor uw camera.

15. Geheugenkaartjes uitwisselen

Hebt u een camera waarin SD-kaartjes passen en een telefoon die microSD-kaartjes slikt? Bij microSD wordt vaak een adapter meegeleverd, waarmee u een kaartje eenvoudig omtovert in een gewone SD-kaart. Zo kunt u uw kaartjes heel eenvoudig uitwisselen. Dat is ook handig om foto's die u met uw camera maakt via een telefoon met internetverbinding naar vrienden te sturen of om ze in een web-album te plaatsen. Haal de microSD-kaart uit de adapter en plaats hem tijdelijk in uw telefoon. Als het toestel uw foto kan verkleinen voordat die wordt verstuurd is dat helemaal mooi, maar pas wel op dat u het originele fotobestand niet overschrijft. Er bestaan SD-, SDHC- en SDXC-kaarten. Kijk dus goed welk type er in uw camera en in

de telefoon past.

© PXimport

Met behulp van een adapter kan een geheugenkaartje ineens in veel meer apparaten worden gebruikt.

16. Zacht licht

Foto's die u met een flitser maakt zijn niet altijd mooi. Bij een portretfoto lijkt uw model al snel op een verschrikt dier, gevangen in de koplampen van een auto. Fotografen flitsen daarom liever via het plafond, of verzachten het licht met een zogeheten softbox. Dat is een soort zwarte doos met een sterke lamp erin en een doek aan de voorkant. Doordat het felle licht door het witte doek gaat en zo wordt verstrooid, ontstaat zacht licht en dat komt het model ten goede. Een echte softbox is groot en duur en die sleept u vast niet met u mee, maar er bestaan tegenwoordig opvouwbare exemplaren die bovenop de flitser van uw spiegelreflexcamera passen. Lijmen is niet nodig, want ze zijn voorzien van klittenband. Zo tovert u uw eigen flitser supersnel om tot een heuse miniatuur-softbox.

© PXimport

De Honl Photo Traveller 8 is een kleine softbox voor op uw flitser.

17. Tekentablet

Foto's komen nooit op hun allerbest uit de camera rollen. Ook al zien ze er vaak prima uit, het kan nooit kwaad om ze voordat u ze afdrukt of online zet nog even te optimaliseren. Alleen zo haalt u het maximale uit uw toestel, bijvoorbeeld door de belichting te verbeteren en de kleuren nog wat op te peppen. Soms is het nodig om wat vlekjes of spikkeltjes ruis weg te poetsen, of om een voorwerp te verwijderen dat hinderlijk in beeld staat. Uw muis en toetsenbord zijn niet het meest geschikt om foto's heel secuur te bewerken; bij zo'n klus kunt u beter uit de voeten met 'schrijfgerei' dat op een pen lijkt. Een tekentablet is dan ook een welkome aanvulling op uw materiaal, als u regelmatig foto's bewerkt.

Een tekentablet lijkt op een soort muismat die u op de usb-poort aansluit en waarop u met een speciale pen werkt. Uiteraard is dat een elektronische pen zonder inkt. U kunt er digitaal mee tekenen en schrijven, maar ook de gereedschappen van een fotobewerker zoals Photoshop mee bedienen. De punt van de pen is drukgevoelig, zodat u bijvoorbeeld de penseelgrootte kunt veranderen door meer of minder hard te drukken. Het gedrag van de pen kan per fotoprogramma verschillen en het is vaak instelbaar. Ook in Windows en in andere programma's is de pen prima bruikbaar en hij kan uw muis zelfs volledig vervangen! Sommige tekentabletten zijn aanraakgevoelig, zodat u ze, net als bijvoorbeeld een iPhone, met uw vingers kunt bedienen.

Deel dit artikel
Voeg toe aan favorieten