Hulp bij Windows 7
De meeste tijd werkt uw Windows-computer vlot en is er niets aan de hand. Helaas kent ook de nieuwste Windows-versie een aantal beperkingen en het besturingssysteem kan u soms op vreemde verschijnselen trakteren. Met onze tips zorgt u ervoor dat Windows 7 nog beter functioneert en dat problemen snel worden opgelost!
1. Prettiger zoeken
Windows 7 is voorzien van een verbeterde zoekoptie, maar wist u dat er mogelijkheden zijn om hem nóg beter te laten werken? Helaas worden niet alle locaties standaard geïndexeerd door Windows 7. Hoog tijd om dit euvel te verhelpen. In het zoekvak van het Start-menu typt u Indexeringsopties en vervolgens drukt u op Enter. In het geopende venster ziet u welke locaties standaard worden geïndexeerd. Doorgaans gaat het hier om de map met offline bestanden, het menu Start en de map Gebruikers. Om aan te passen welke locaties worden geïndexeerd, klikt u op de knop Wijzigen. Kies vervolgens voor Alle locaties weergeven. Hierna kunt u naar de gewenste volumes en mappen bladeren en met een vinkje aangeven of ze moeten worden meegenomen door het indexeermechanisme. Minstens zo interessant is de mogelijkheid om bepaalde mappen uit te sluiten van indexering, omdat u er toch nooit in zoekt. Bevestig met een klik op OK.
Terug in het hoofdvenster van Indexeringsopties klikt u op Geavanceerd. In het geopende venster kunt u opgeven of versleutelde bestanden ook moeten worden geïndexeerd en of identieke woorden die alleen verschillen in leestekens als aparte woorden moeten worden behandeld. Tot slot is de knop in het vak Probleemoplossing interessant. Hebt u de indruk dat de zoekresultaten niet meer betrouwbaar zijn of dat het zoeken te lang duurt, dan kunt u de index opnieuw laten samenstellen. Klik daartoe op de knop Opnieuw samenstellen. Op het tweede tabblad (Bestandstypen) kunt u per bestandstype opgeven of alleen de eigenschappen moeten worden geïndexeerd, of ook de inhoud van een bestand.
Stem het indexeringsmechanisme van Windows 7 beter af op uw behoeften.
2. Bibliotheken
In Windows 7 maakt u gebruik van bibliotheken. Een bibliotheek is een virtuele map die u naar verschillende onderliggende mappen kunt laten verwijzen. Zo zijn er bibliotheken voor documenten, afbeeldingen, muziek en video's. Wellicht vindt u deze bibliotheken wat te mager en wilt u eigen bibliotheken toevoegen. Dat kan. Open het Start-menu en klik op Computer. In het linkervenster vindt u de bibliotheken Afbeeldingen, Documenten, Muziek en Video's. Deze kunt u aanpassen, door met rechts op een bibliotheek te klikken en voor Eigenschappen te kiezen. Voeg een map aan de bibliotheek toe met de knop Een map opnemen. Selecteer de map en bevestig met een klik op Map opnemen. De meeste bibliotheken bestaan uit meerdere mappen. U kunt zelf bepalen in welke map de items standaard moeten worden opgeslagen. In het eigenschappenvenster van de bibliotheek selecteert u de gewenste map (in de sectie Bibliotheeklocaties). Klik vervolgens op de knop Opslaglocatie instellen. Verder vindt u in het eigenschappenvenster de mogelijkheid de bibliotheek te optimaliseren voor een specifieke bestandssoort, bijvoorbeeld als de bibliotheek primair wordt gevuld met afbeeldingen of videobestanden. In de sectie eronder (Kenmerken) bepaalt u of de bibliotheek moet worden getoond in het navigatiedeelvenster (aan de linkerzijde), zoals gebeurt bij de standaardbibliotheken.
U kunt extra onderdelen aan de standaardbibliotheek toevoegen.
3. Niet alles zien
In Windows 7 is het aantal meldingen en notificaties flink teruggebracht. Toch kan het natuurlijk zo zijn dat u ook niet wilt worden lastiggevallen door de resterende meldingen. Gelukkig kunt u zelf bepalen welke berichten wel of niet verschijnen. Open het configuratiescherm en kies Systeem en beveiliging / Onderhoudscentrum. Vervolgens kiest u links in het venster voor de optie Instellingen voor Onderhoudscentrum wijzigen. In het overzicht vindt u alle berichtsoorten die kunnen worden getoond. Windows maakt hierbij onderscheid tussen Beveiligingsberichten en Onderhoudsberichten. Plaats vinkjes naast de onderdelen waarover u wilt worden geïnformeerd, bijvoorbeeld Windows Back-up of Gebruikersaccountbeheer. Sla de wijzigingen op met een klik op OK. Het aantal meldingen zal nu worden verminderd.
Hoewel het aantal meldingen in Windows 7 is teruggebracht, kunt u de hoeveelheid notificaties nog verder beperken.
4. Terug in de tijd!
Het kan iedereen overkomen: u verwijdert per ongeluk een bestand of laat een oudere versie vervangen die u eigenlijk wilde bewaren. Geen nood, in Windows 7 kunt u slim gebruikmaken van de optie Vorige versies. Hij is helaas wat verscholen, maar daarom niet minder waardevol. Met Vorige versies kunt u een oudere versie van een bestand laten opzoeken en terugzetten. Klik met de rechtermuisknop op de map waar het bestand in staat waarvan u een vorige versie zoekt en kies Eigenschappen. Selecteer vervolgens het tabblad Vorige versies. Doorgaans zijn er meerdere versies opgeslagen. Door de gewenste map te selecteren en op Openen te klikken, ziet u in één oogopslag welke bestanden kunnen worden teruggehaald. U kunt vervolgens de map kopiëren (klik op Kopiëren) of in zijn geheel terugplaatsen (kies Terugzetten). Met die laatste actie wordt de huidige map overschreven. Helaas is Vorige versies standaard alleen ingeschakeld voor de schijf waarop Windows is geïnstalleerd. Gebruikt u een andere partitie of schijf voor de opslag van uw gegevens, dan wordt die standaard niet beschermd door Vorige versies. Dit kunt u echter aanpassen. Klik in het Start-menu met de rechtermuisknop op Computer en kies Eigenschapppen. Kies vervolgens Systeembeveiliging en open het tabblad Systeembeveiliging. Selecteer nu de stations waarvoor u Vorige versies wilt activeren en klik op Configureren. Kies Alleen vorige bestandsversies terugzetten. Voor een volledige bescherming kiest u de tweede optie: Systeeminstellingen herstellen en vorige bestandsversies terugzetten.
5. Back-ups
Als u geen risico's wilt nemen, maakt u regelmatig een back-up van uw computer. Windows 7 beschikt over een ingebouwd back-upprogramma maar dat is standaard niet optimaal geconfigureerd. U moet zelf dus nog even in de instellingen duiken. Kies Start / Configuratiescherm / Systeem en beveiliging / Back-up maken en terugzetten en klik op Back-up instellen. Vervolgens geeft u aan waar uw back-up moet worden opgeslagen. Het is verstandig om een externe schijf te selecteren, zodat u uw back-up op een andere plek in huis kunt bewaren. De back-up onderbrengen op een netwerklocatie is ook een goed alternatief. Sla hem bij voorkeur niet op op de systeemschijf of partitie van de schijf waarop Windows is geïnstalleerd. U hoeft geen genoegen te nemen met de standaardselectie van mappen die worden veiliggesteld, zoals de Windows-mappen, het bureaublad en de bibliotheken. U kunt zelf aangeven welke mappen uiteindelijk worden meegenomen. Kies hiervoor Zelf bepalen en geef aan welke bestanden aan de back-upset moeten worden toegevoegd. Klik op Systeemkopie opnemen van stations als u ook Windows 7 zelf veilig wilt stellen en in geval van nood een volledige image wilt terugplaatsen. Als u voldoende schijfruimte hebt, is dit sterk aan te raden. Klik nu op Volgende en vervolgens op de knop Schema wijzigen. Hier kunt u bepalen wanneer de back-up moet plaatsvinden. Bij Regelmaat, Dag en Tijd geeft u de back-upmomenten aan. Klik op OK om de instellingen op te slaan.
U doet er goed aan om zelf een geoptimaliseerde back-upset samen te stellen.
6. Niet te veel ruimte
Maakt u gebruik van Windows Back-up, dan is het slim om te letten op de hoeveelheid ruimte die door het programma wordt gebruikt. Er worden immers meerdere reservekopieën opgeslagen, die maximaal dertig procent van de totale back-upruimte beslaan. U kunt zelf bepalen hoeveel ruimte een back-up mag innemen. Open het hoofdvenster van Windows Back-up en klik op Schijfruimte beheren. Bovenin het venster vindt u een overzicht van de ruimte die door de back-ups wordt ingenomen. Het is tijd om te bepalen welke back-ups er weg mogen. Klik op de knop Back-ups weergeven en verwijder de overbodige back-upbestanden. Keer terug naar het venster Schijfruimte beheren en klik op de knop Instellingen wijzigen. U vindt deze knop in de sectie Systeemkopie. Geef aan hoeveel ruimte voor de back-ups mag worden ingenomen.
7. Back-up deels herstellen
Heeft het noodlot toegeslagen en hebt u uw back-up nodig? Wist u dat u de back-up ook gedeeltelijk kunt terugplaatsen? Hiertoe dubbelklikt u op het back-upbestand. U kunt nu kiezen uit de volgende opties: Bestanden uit deze back-up terugzetten, Bestanden voor alle gebruikers van deze computer terugzetten, en Schijfruimte beheren voor deze back-up. Kies voor Bestanden uit deze back-up terugzetten.
8. Kleurproblemen oplossen
Het kan gebeuren dat u niet tevreden bent over de kleuren van het beeldscherm. In dat geval kunt u de kleurprestaties van Windows 7 verbeteren door de kleuren te kalibreren. In het configuratiescherm kiest u voor Vormgeving en persoonlijke instellingen en vervolgens voor Beeldscherm. Links in het venster kiest u nu de optie Kleuren kalibreren, waarna een wizard wordt geopend. Hierin geeft u antwoord op verschillende vragen en op basis daarvan worden de kleurinstellingen aangepast.
Verbeter de kleurweergave op uw beeldscherm door de kleuren te kalibreren.
9. Andere partitiegrootte
Bent u niet tevreden over de grootte van de partities van uw harde schijf? In Windows 7 kunt u de grootte ervan verkleinen en vergroten, zonder behulp van andere programma's. In het configuratiescherm kiest u voor Systeem en beveiliging. Onder Systeembeheer kiest u vervolgens voor Partities op harde schijf maken en formatteren. Klik met rechts op de lege partitie die u onder handen wilt nemen en kies Volume uitbreiden of Volume verkleinen. Vervolgens geeft u de gewenste grootte aan en bevestigt u met een klik op OK. Uiteraard doet u dit alleen bij lege schijven en partities!
10. Systeemdiagnose
Ondervindt u (hardware)problemen onder Windows 7 en hebt u geen idee waar ze door worden veroorzaakt? Met de ingebouwde diagnosemodule kunt u verschillende onderdelen van het besturingssysteem controleren. Na afloop van de diagnose verschijnt er een rapport waarin u leest hoe de onderdelen presteren. Er wordt gekeken naar bestanden van het besturingssysteem, de prestaties van de harde schijf, het Beveiligingscentrum, het netwerk en het geheugen. Als er prestatieproblemen worden gevonden, leest u welke stappen u kunt nemen om ze op te lossen. U kunt het rapport ook opslaan voor later gebruik, middels Bestand / Opslaan als. Daarnaast kunt u het per e-mail versturen (als HTML-bestand) en uiteraard kunt u het afdrukken. Om snel een rapport te maken, drukt u op Windows-toets+R (hiermee roept u het venster Uitvoeren op). Typ hier Perfmon /report en klik op OK.
Eventuele prestatieproblemen kunnen worden getoond in een rapport.
11. Energiebeheer verbeteren
De functie Energiebeheer blijft de gemoederen bezighouden. Standaard kent Windows een drietal schema's: Gebalanceerd, Energiebesparing en Hoge prestaties. U kunt ook zelf een energiebeheerschema opstellen. In het configuratiescherm kiest u voor Systeem en beveiliging / Energiebeheer. Links in het venster klikt u op de koppeling Een energiebeheerschema maken. Kies een van de drie eerdergenoemde schema's als leidraad voor het maken van een eigen schema, bijvoorbeeld Hoge prestaties. Bij Naam van schema geeft u vervolgens een aangepaste naam op. Klik op Volgende en geef aan wat er na een bepaalde periode van inactiviteit met het beeldscherm en de computer moet gebeuren. Klik nu op Maken. In het hoofdvenster is uw eigen schema toegevoegd. Klik op de koppeling De schema-instellingen wijzigen en vervolgens op Geavanceerde energie-instellingen wijzigen. In het geavanceerde eigenschappenvenster vindt u een grote hoeveelheid instelmogelijkheden. Hier kunt u bijvoorbeeld aangeven dat de harde schijf nooit mag worden uitgeschakeld en dat u een wachtwoord in moet geven als u de machine uit de slaapstand wilt laten ontwaken.
12. Verhoogde schijfbescherming
Met Systeemherstel (Start / Alle programma's / Bureau-accessoires / Systeemwerkset / Systeemherstel) kunt u de computer terugbrengen naar een moment in het verleden. Dat kan handig zijn, omdat ongewenste wijzigingen daarbij ongedaan worden gemaakt. Systeemherstel komt dus prima van pas als de computer problemen geeft. Behalve de systeemschijf kunt u ook andere schijven en partities beschermen met Systeemherstel. Op het tabblad Systeembeveiliging selecteert u de schijf of partitie waarvoor u Systeemherstel wilt inschakelen (in het vak Beveiligingsinstellingen). Klik vervolgens op de knop Configureren. In de sectie Herstelinstellingen kiest u hoe de schijf moet worden beschermd. U hebt daarbij de keuze tussen Systeeminstellingen herstellen en vorige bestandsversies terugzetten en Alleen vorige bestandsversies terugzetten. Wij raden aan om voor de eerste optie te kiezen, omdat u hiermee de meest uitgebreide bescherming hebt. Vergeet tot slot niet bij Schijfruimtegebruik te bepalen hoeveel schijfruimte maximaal mag worden gebruikt voor de herstelpunten.
Voor elke schijf waarvoor Sys-teemherstel is ingeschakeld, reserveert Windows vijf procent van de ruimte, tenzij u anders beslist.
13. Herstelpunten verminderen
Systeemherstel maakt gebruik van herstelpunten, die u kunt beschouwen als momentopnamen. Voor elke schijf waarvoor Systeemherstel is ingeschakeld, reserveert Windows 7 vijf procent van de totale schijfruimte. Raakt de schijf vol, dan worden oudere herstelpunten verwijderd om ruimte te maken voor de nieuwe data. U hoeft echter geen genoegen te nemen met de ruimte die standaard is gereserveerd. Open het menu Start, klik met rechts op Computer en kies Eigenschappen. Links in het venster klikt u op de optie Geavanceerde systeeminstellingen. Selecteer het tabblad Systeembeveiliging. Vervolgens kiest u het station waarvoor u de gereserveerde ruimte wilt aanpassen (in het vak Beveiligingsinstellingen) en klikt u op de knop Configureren. Bij Schijfruimtegebruik verplaatst u de schuifregelaar naar het gewenste percentage. In hetzelfde venster vindt u ook de knop Verwijderen, waarmee u in één keer alle herstelpunten kunt wissen.
14. Minder meldingen
Gebruikersaccountbeheer helpt u om uw computer te beschermen tegen programma's die misbruik maken van de vrijheid van uw gebruikersaccount. De hoeveelheid meldingen kan echter irriteren. In Windows 7 kunt u aangeven op welke momenten Gebruikersaccountbeheer een melding of waarschuwing toont. In het configuratiescherm klikt u op Gebruikersaccounts en Ouderlijk toezicht / Gebruikersaccounts. Klik op Instellingen voor Gebruikersaccountbeheer wijzigen. Vervolgens gebruikt u de schuifregelaar om Gebruikersaccountbeheer verder aan te passen. Kies hierbij tussen Altijd een melding weergeven (de melding verschijnt als programma's proberen software te installeren of aanpassingen te maken, en als u Windows-instellingen wijzigt), Standaard (er wordt alleen een melding getoond als programma's proberen om wijzigingen aan te brengen), Alleen een melding weergeven wanneer programma's proberen wijzigingen aan mijn computer aan te brengen (deze optie wordt niet aangeraden) of Geen melding weergeven (er wordt niets getoond, ook niet als programma's wijzigingen proberen aan te brengen of als u zelf wijzigingen in Windows-instellingen aanbrengt).
Eindelijk bepaalt u zelf wanneer Gebruikersaccountbeheer een melding geeft.
15. Geluidseffecten
Hebt u genoeg van alle geluidseffecten van de verschillende programma's? In Windows 7 kunt u het volume per programma aanpassen. Luistert u bijvoorbeeld naar muziek via Windows Media Player en wilt u niet dat het geluid dat nieuwe e-mails meldt op dezelfde sterkte door de speakers klinkt, dan kunt u voor de e-mailsoftware een lager volume instellen. Klik met de rechtermuisknop op het Volume-pictogram (in het systeemvak op de taakbalk) en kies Volumemixer openen. Er verschijnt nu een lijst met geopende programma's en actieve apparaten. Bepaal per onderdeel de geluidssterkte. In ons voorbeeld kiezen we ervoor om het volume van Windows Media Player hoger in te stellen dan het systeemvolume. Tevreden? Sluit het venster.
16. Schone lei
Als Windows vreemde kuren in de gebruikersomgeving vertoont (er blijven bijvoorbeeld delen van vensters 'hangen'), dan kunt u Taakbeheer gebruiken om te proberen het probleem op te lossen. Druk op Ctrl+Shift+Esc om Taakbeheer te openen. Kies het tabblad Processen en klik met rechts op Explorer.exe. Kies Proces beëindigen en bevestig met een klik op de knop Proces beëindigen. Kies vervolgens voor Bestand / Nieuwe taak, typ Explorer.exe en klik op OK. De gebruikersomgeving wordt nu opnieuw opgebouwd.
Gebruik Taakbeheer om vastlopers op te lossen.
17. Gezondheidscontrole
Windows 7 heeft een ingebouwd controlemechanisme dat fouten opspoort en ze probeert te verhelpen als u hier een opdracht voor geeft. Het is jammer dat de makers deze functie zo goed hebben verborgen. In het configuratiescherm kiest u voor Systeem en beveiliging en in de sectie Onderhoudscentrum vervolgens voor Veelvoorkomende computerproblemen oplossen. Onder Systeem en beveiliging klikt u op Zoeken naar problemen die de prestaties beïnvloeden. Klik op Volgende om de controle te starten.
Windows kan informatie over de prestaties van uw systeem tonen en mogelijke probleemveroorzakers aanwijzen.
18. Problemen de baas
De automatische probleemoplosser van Windows 7 is soms een erg handig instrument. In het configuratiescherm kiest u voor Systeem en beveiliging / Onderhoudscentrum. Links in het venster klikt u op de koppeling Informatie over de prestaties weergeven. Kies hierna voor Geavanceerde hulpprogramma's. In de sectie Prestatieproblemen kunt u een melding lezen als een opstartprogramma traag wordt gestart of als de huidige visuele instellingen vertragingen veroorzaken. Klik op een probleem als u er meer informatie over wilt lezen en graag een mogelijke oplossing wilt zien.