Uw computer werkt helaas niet altijd naar behoren. Iedere gebruiker krijgt ooit te maken met slome software, haperende hardware en tegenvallende prestaties. Gelukkig kunt u veel problemen zelf verhelpen. Wij helpen u op weg en geven de ultieme tips om problemen binnen Windows het hoofd te bieden!
Deel 1 - Installatieproblemen
1. Windows Installer
De meeste programma's maken bij hun installatie gebruik van Windows Installer. Dit is een standaardmechanisme dat ervoor zorgt dat programma's correct worden geïnstalleerd en verwijzingen en instellingen worden vastgelegd. Helaas gaat dit niet altijd goed: soms loopt een installatie vast of moet u hem opnieuw uitvoeren. Bij een voortijdig afgebroken installatie bestaat de kans dat het programma niet meer opnieuw kan worden geïnstalleerd. Met Windows Installer CleanUp verwijdert u restjes van Windows Installer. U kunt het gratis programma downloaden via Microsoft. Na installatie vindt u het terug via Start, Alle programma's, Windows Install CleanUp. Selecteer het programma dat u wilt verwijderen (houd de Ctrl-toets ingedrukt als u meerdere programma's wilt selecteren) en klik op Remove. Klik op Exit om het programma te sluiten. Installer CleaUp houdt een logboek bij waarin alle acties zijn opgenomen. Dit logboek vindt u in de map Windows\Temp. Nadat u het probleemprogramma hebt verwijderd kunt u het opnieuw installeren.
2. Office
Ook voor Microsoft Office bestaat een programma waarmee u vervelende installaties kunt verhelpen. Dit komt vooral van pas als het problemen oplevert dat u uw huidige Office-versie wilt upgraden naar een nieuwere editie. Office Removal Wizard helpt u bij het verwijderen van oude Office-installaties die problemen veroorzaken bij de schone installatie van een nieuwe Office-versie. U kunt het hulpje gratis downloaden en vervolgens gebruiken om Office 95, 97, 2000 en XP van uw systeem te verwijderen.
3. Logboeken (1)
Tijdens de installatie van Windows worden verschillende logboeken aangemaakt. Deze komen prima van pas als u problemen vermoedt tijdens of na het installatieproces. Een overzicht van alle logboeken met de bijbehorende opslaglocatie vindt u in de Knowledge Base van Microsoft, te vinden via Microsoft. Het overzicht bevat zowel logboeken van Windows Vista als van Windows 7.
Raadpleeg de logboeken als u installatieproblemen vermoedt.
4. Logboeken (2)
Ook Microsoft Office maakt gebruik van logboekbestanden. Al tijdens de installatie van het programma worden ze automatisch aangemaakt. De bestanden worden opgeslagen in de map Temp en kunnen worden geopend met Kladblok. Voor Setup.exe is het bijbehorende logboekbestand te herkennen aan de naam Microsoft Office Setup(nummer).txt, waarbij u tussen haakjes een nummer vindt dat begint bij 0001. Elke keer dat Setup.exe wordt uitgevoerd, wordt een nieuw logboekbestand met een uniek nummer gemaakt, waarbij het hoogste nummer het meest recente bestand betreft. Als u Office bijwerkt middels updates of de geïnstalleerde Office-componenten aanpast, wordt er ook een logboek gemaakt, dat u herkent aan de naam Microsoft Office Setup(nummer)_Task(0001).txt (in het geval van updates aan de systeembestanden) of Microsoft Office Setup(nummer)_Task(0002.txt (in het geval van veranderingen aan de Office-installatie).
5. Gebruikersaccountbeheer
Gebruikersaccountbeheer verhoogt de veiligheid binnen Windows Vista. Op 'kritieke' momenten grijpt het mechanisme in en wordt u gevraagd om een bevestiging of om de aanmeldgegevens van een gebruiker met de rechten van een Administrator. De functie kan echter flink gaan irriteren. Wist u dat u Gebruikersaccountbeheer kunt uitschakelen? Officieel wordt dit uiteraard niet aangeraden, maar de mogelijkheid bestaat in ieder geval. Klik in het menu Start op Configuratiescherm. Kies Gebruikeraccounts en Ouderlijk toezicht. Vervolgens kiest u voor Gebruikersaccounts en klikt u op de koppeling Gebruikersaccountbeheer in- of uitschakelen. Kies Doorgaan wanneer u om een bevestiging wordt gevraagd. Tot slot haalt u het vinkje weg bij de optie Gebruik Gebruikersaccountbeheer (UAC) om uw computer beter te beveiligen. Bevestig met een klik op OK. Het is belangrijk om te beseffen dat uw computer nu een veiligheidsrisico loopt, en dat het gebruik van een beveiligingsprogramma dus verstandig is. In Windows 7 kunt u fijnmaziger te werk gaan dan in Vista. In het Configuratiescherm kiest u Gebruikersaccounts en ouderlijk toezicht, Gebruikersaccounts en vervolgens voor Instellingen voor Gebruikersaccountbeheer wijzigen. Gebruik daarna de schuifregelaar om de mate van beveiliging te bepalen.
In Windows 7 kunt u Gebruikersaccountbeheer met meer precisie afstemmen.
Deel 2 - Opstartproblemen verhelpen
6. Wat wordt er geladen? (1)
Het is niet altijd even eenvoudig om problemen tijdens het opstarten van Windows te achterhalen. Dit komt hoofdzakelijk doordat Windows geen volledig beeld geeft van de programma's (en andere processen) die tijdens de start worden geladen. Gelukkig kunt u hulp van buitenaf inroepen. Met AutoRuns vraagt u een overzicht op met de aanwezige software en de processen die tijdens het opstarten van het besturingssysteem worden geladen. Het programma bestaat uit verschillende tabbladen en ieder tabblad bevat informatie over een specifiek gedeelte van Windows. Een totaaloverzicht vindt u op het tabblad Everything. Haal het vinkje weg naast items waarvan u wenst dat ze niet (meer) worden geladen tijdens het opstarten van Windows.
7. Wat wordt er geladen? (2)
Veel Windows-programma's zijn voor een goede werking afhankelijk van de services die op de achtergrond draaien. U kunt een service beschouwen als een afgebakend onderdeel dat een specifieke functie voor Windows-programma's uitvoert. Hebt u bijvoorbeeld problemen met het starten van Windows Media Center of - specifieker nog - bij het opnemen van een televisieprogramma met Media Center, dan bestaat de kans dat de bijbehorende service niet is geladen. Het onderdeel Services geeft een overzicht van alle services en de bijbehorende status. In het menu Start typt u Services.msc. Druk op Enter. In het rechtervlak van het venster ziet u welke services op het systeem aanwezig zijn. Dubbelklik op een service als u er meer informatie over wilt zien. Op het tabblad Algemeen vindt u in het vak Beschrijving aanvullende informatie over de betreffende service. Interessanter is de optie Opstarttype, die aangeeft op welk moment de service wordt geactiveerd. Bij Status van service ziet u of de service momenteel actief is. Met de knoppen eronder (Starten, Stoppen, Onderbreken, Hervatten) kunt u de status van de service aanpassen.
Controleer welke services er worden geladen.
8. Diagnostisch opstarten
Levert het opstarten van uw computer nog steeds problemen op, dan kunt u gebruikmaken van Msconfig. Kies Start, Uitvoeren en typ Msconfig (in Windows Vista en Windows 7 kiest u voor Start en typt u Msconfig in het ingebouwde zoekvak). Via het tabblad Algemeen bepaalt u welk opstartproces Windows gebruikt. Kies voor Diagnostisch opstarten. Daarbij worden alleen standaardapparaten en -services geladen. Op het tabblad Computer opstarten hebt u via de sectie Opstartopties de mogelijkheid om de computer op te starten in de veilige modus. Ook interessant is het tabblad Services, dat een overzicht geeft van alle services die bij de start van Windows zijn geladen. Als u wilt voorkomen dat een service wordt geladen, haalt u het bijbehorende vinkje weg. In het tabblad Opstarten ziet u welke componenten bij de start van Windows worden geladen. Haal ook hier de vinkjes weg bij items waarvan u wilt dat dit niet meer gebeurt.
Middels Msconfig kunt u Windows 'diagnostisch' laten opstarten.
9. Informatie over vastlopen
Gebruikt u Windows Vista? Logboeken kunnen ook van pas komen als er problemen zijn bij het opstarten van uw computer. U moet deze functie echter wel zelf even inschakelen. Start de computer op en druk op F8, nog voordat Windows is geladen. Het opstartmenu verschijnt nu. Kies voor Logboekregistratie bij opstarten inschakelen. Wacht totdat Windows is geladen (of weer vastloopt), start de computer opnieuw op, druk op F8 en kies ervoor om in de veilige modus te starten. Open Windows Verkenner en navigeer naar de root van de C:\-schijf. Hier vindt u het logboekbestand Ntbtlog.txt. Open het in Kladblok en bekijk de laatste regel. Deze regel bevat informatie over het moment waarop Windows vastloopt.
10. Laatste stabiele configuratie
Geeft Windows problemen bij het opstarten van de computer? Mogelijk treedt er een fout op bij het laden van de hardware-instellingen. Het kan in dat geval handig zijn om Windows met de laatst bekende juiste configuratie te laden. Het besturingssysteem onthoudt zelf wat te laatste configuratie was die geen problemen gaf en zal proberen om de machine daarmee alsnog succesvol te starten. Druk tijdens het starten van de computer op F8 en kies voor Laatst bekende juiste configuratie.
Deel 3 - Prestatieprobleem verhelpen
11. Logboeken raadplegen
Geeft een programma problemen waarvan u de oorzaak niet kent? Ook nadat Windows succesvol is opgestart kunt u in veel gevallen gebruikmaken van de ingebouwde logboekfunctie. Ook applicatiefouten, bijvoorbeeld van een programma zoals Adobe Reader, worden opgeslagen in een logboek. Er zijn verschillende soorten logboeken, bijvoorbeeld logboeken voor de beveiliging, voor het systeem en voor de programma's. In Windows XP kiest u Start, Uitvoeren en typt u Eventvwr.msc, gevolgd door een druk op Enter. In Windows Vista en Windows 7 kunt u Eventvwr.msc in het zoekvak van het menu Start typen. Links in het venster vindt u de verschillende logboeken. In Windows 7 kiest u bijvoorbeeld voor Windows-logboeken, Toepassing om de logboeken van geïnstalleerde programma's te bekijken. Er wordt onderscheid gemaakt tussen informatieve meldingen, waarschuwingen en fouten. Dubbelklik op een melding om details te zien.
De logboeken binnen Windows 7.
12. Betrouwbaarheidscontrole
Valt uw computer soms uit zonder aanwijsbare reden, of lopen er programma's vast? Als u gebruikmaakt van Windows 7 of Windows Vista kunt u Betrouwbaarheidscontrole inzetten om het probleem te achterhalen. Deze functie controleert het functioneren van uw systeem en legt de bevindingen vast in een rapport. Daarbij wordt gelet op geïnstalleerde software, toepassingsfouten, hardwarefouten en Windows-fouten. De bevindingen worden in een grafiek getoond. Bij een dalende lijn weet u dat het systeem een fout heeft gemaakt. Open het menu Start, typ Betrouwbaarheidscontrole in het vak en druk op Enter. Er wordt nu een rapport gemaakt. Klik op de datum om te zien waar het misgaat. Er wordt onderscheid gemaakt tussen kennisgevingen, waarschuwingen en foutmeldingen. Ziet u dat de lijn op een bepaalde datum een sterke daling toont, controleer dan wat er op die dag is voorgevallen. De daling kan bijvoorbeeld zijn veroorzaakt door de installatie van een nieuw programma. Merkt u dat een bepaald programma inderdaad verantwoordelijk is voor de fout, dan kunt u maatregelen nemen.
13. Probleemrapporten
Niet ieder probleem is direct zichtbaar. Een goed voorbeeld hiervan is een stuurprogramma dat problemen geeft zodra het wordt geladen. Het gevolg daarvan is dat het apparaat waarvoor de driver is bedoeld, niet of niet goed werkt. Windows 7 houdt een archief bij waarin problemen worden geregistreerd in een probleemrapport. Dit is een handig hulpmiddel waarmee u het probleem kunt achterhalen. Open het menu Start, typ Probleemrapporten en druk op Enter. Het overzicht met probleemrapporten wordt nu getoond. Met deze rapporten kan ook via Microsoft naar een remedie worden gezocht. Klik met de rechtermuisknop op een probleem en kies Naar oplossing zoeken. Er wordt nu online in de database van Microsoft gezocht. Zijn er oplossingen bekend, dan worden deze getoond. Via de rechtermuisknop kunt u nog meer informatie opvragen, door op Technische details weergeven te kikken. Wilt u de lijst leegmaken? Klik op Alle probleemrapporten wissen. Individuele problemen kunt u uit de lijst wissen door er met rechts op te klikken en te kiezen voor Verwijderen. U kunt de rapporten ook sorteren. Klik met rechts op een probleem en kies Groeperen op. Vervolgens kiest u waar u op wilt groeperen (bijvoorbeeld op datum).
Windows 7 houdt een archief bij waarin problemen in een rapport worden ondergebracht.
14. Gebruikersomgeving
Vertoont de gebruikersomgeving van Windows kuren, bijvoorbeeld doordat delen van een venster zichtbaar blijven terwijl u het programma al hebt afgesloten? Of zijn er pictogrammen die u niet meer uit beeld krijgt? Het is in veel gevallen gelukkig niet nodig om Windows opnieuw op te starten. Druk op Ctrl+Shift+Esc om het venster Taakbeheer op te roepen. Klik op het tabblad Processen en zoek naar Explorer.exe. Klik hierop met de rechtermuisknop en kies Proces beëindigen. De gebruikersomgeving van Windows verdwijnt. Kies nu Bestand, Nieuwe taak, typ Explorer.exe en klik op OK. De gebruikersomgeving wordt vervolgens opnieuw opgebouwd. Grote kans dat het probleem hiermee is opgelost.
15. Programma afsluiten
Als een programma is vastgelopen, komt Windows Taakbeheer goed van pas. Op het tabblad Toepassingen leest u bij Status welk programma niet meer reageert. Selecteer het programma en klik op de knop Taak beëindigen om de toepassing geforceerd af te sluiten. Eventuele niet-opgeslagen gegevens gaan hierbij overigens wel verloren. Wil het afsluiten op deze manier niet lukken, dan is er nog de mogelijkheid om te achterhalen welk proces bij de toepassing hoort. Klik met de rechtermuisknop op het programma en selecteer Ga naar proces. Vervolgens kunt u het proces via dezelfde knop ook handmatig beëindigen. Bij het afsluiten van nukkige programma's doet u er verstandig aan om de juiste volgorde aan te houden: probeer het programma eerst af te sluiten via Taak beëindigen. Lukt dit niet, dan kiest u voor Proces beëindigen.
Via Taakbeheer kunt u een specifiek programma geforceerd afsluiten.
16. Traag zoeken
Windows Vista en Windows 7 maken gebruik van een slimme zoekmethode, waardoor bestanden relatief vlot worden gevonden. Er wordt een index bijgehouden van bestandslocaties en hun inhoud, zodat de zoektijd tot een minimum wordt beperkt. Helaas kan het zoekmechanisme na verloop van tijd traag worden. Het is dan verstandig om de index opnieuw op te bouwen. Open het menu Start, typ Index en kies Indexeringsopties. Er wordt nu een nieuw venster geopend, waarin u ziet welke locaties worden geïndexeerd, zoals het menu Start. Klik op Geavanceerd. In het vak Probleemoplossing klikt u op de knop Opnieuw samenstellen. In ditzelfde venster kunt u ook een nieuwe locatie opgeven waar de index moet worden opgeslagen. Dit kan handig zijn als de huidige schijf of partitie bijvoorbeeld volloopt en u de index daarom op een alternatieve locatie wilt onderbrengen. In het vak Locatie indexeren klikt u op de knop Nieuwe locatie. Wijs de nieuwe locatie aan en bevestig met een klik op OK. Zodra de indexeringsservice opnieuw is gestart, is de nieuwe locatie van kracht.
Als de zoekfunctie van Windows Vista of 7 traag wordt, is het verstandig om de zoekindex opnieuw op te bouwen.
17. Trage reactie
Reageert Windows traag op uw acties? Met Taakbeheer krijgt u inzicht in het gebruik van de processor en de hoeveelheid intern geheugen die wordt aangesproken. U opent het venster met de toetsencombinatie Ctrl+Shift+Esc. Kies voor het tabblad Prestaties. De vakken Processorgebruik en Geheugen geven u inzicht in het percentage van de processorcapaciteit dat is gereserveerd voor de eerstvolgende taak. Daarnaast zijn er de vakken Geschiedenis van het processorgebruik en Geschiedenis van fysiek geheugen. Deze tonen het gebruik over een langere tijd. De vlakken eronder geven informatie over het geheugengebruik. Minstens even interessant is Broncontrole. Klik op de knop Broncontrole om een nieuw venster te openen waarin u het brongebruik van de processor, de schijf, het netwerk en het geheugen ziet. Klik op een hoofditem (zoals Schijf) om de onderliggende informatie uit te klappen. In de sectie Processor kunt u met rechts op een proces klikken en kiezen voor Online zoeken, als u de functie van een onbekend proces wilt achterhalen. Wilt u meer informatie over een onderdeel - bijvoorbeeld Schijf - dan kiest u voor het bijbehorende tabblad.
18. Traag ladende browser
Als het gaat om een vlotte laadtijd vormen plug-ins een belangrijke vijand van Internet Explorer. Hoe meer browserplug-ins, hoe trager uw browser start. Gelukkig bevat Internet Explorer een venster waarin u kunt opzoeken welke plug-ins worden geladen en wat de laadtijd bedraagt. In Internet Explorer kiest u voor Extra, Invoegtoepassingen beheren. Klik op Werkbalken en uitbreidingen. Rechts in het venster ziet u welke invoegtoepassingen worden geladen. In de kolom uiterst rechts, die de naam Laadtijd heeft, leest u hoeveel seconden elke plug-in nodig heeft voor het laden. Bent u niet gelukkig met een specifieke plug-in, dan schakelt u hem uit. Klik met rechts op de invoegtoepassing en kies voor Uitschakelen. U kunt de plug-in ook selecteren en op de knop Uitschakelen klikken (deze knop vindt u rechtsonder in het venster).
Zoek op welke items worden geladen bij de start van Windows.
19. Browser zonder franje
Is Internet Explorer instabiel en vermoedt u dat dit wordt veroorzaakt door een van de plug-ins? Start Internet Explorer eens met een schone lei, zodat u kunt controleren of plug-ins inderdaad de oorzaak zijn. Kies Start, Alle programma's, Bureau-accessoires, Systeemwerkset, Internet Explorer (zonder invoegtoepassingen). Internet Explorer wordt nu geopend zonder invoegtoepassingen. Werkt de browser naar behoren? Dan is het probleem waarschijnlijk aan een invoegtoepassing te wijten. Gebruik het venster Invoegtoepassingen beheren (waarover u eerder in dit artikel hebt gelezen) om de boosdoener te achterhalen.
20. Onderhoudscentrum raadplegen
Windows 7 is uitgerust met het Onderhoudscentrum. Dit nieuwe onderdeel houdt u op de hoogte van problemen die Windows zelf heeft geconstateerd. U vindt het Onderhoudscentrum als pictogram in het systeemvak van de Windows-taakbalk (naast de klok). Ook kunt u het starten door op Start te klikken Onderhoudscentrum te typen, gevolgd door een druk op Enter. In het hoofdvenster vindt u een overzicht van problemen, onderverdeeld in de secties Beveiliging en Onderhoud. Voor meer informatie over een specifiek probleem klikt u op de knop Details van bericht weergeven. Eerdere foutmeldingen worden door Windows gearchiveerd. Voor een volledig overzicht klikt u op Gearchiveerde berichten weergeven (u vindt deze optie links in het venster).
Het Onderhoudscentrum van Windows 7 geeft informatie over problemen.
21. Ingebouwde probleemoplossers
Hebt u Windows 7? Dan kan deze tip u wellicht veel hoofdpijn besparen. Windows 7 beschikt over een aantal ingebouwde probleemoplossers, voor verschillende onderdelen: Programma's, Hardware en geluiden, Netwerk en internet, Vormgeving en persoonlijke instellingen, en Systeem en beveiliging. Open het menu Start, typ Probleemoplossing en druk op Enter. Er verschijnt nu een overzicht met alle oplossers. Klik op een probleem om de probleemwizard te openen. Nadat u op Volgende hebt geklikt, voert de wizard een controle uit op het onderdeel waarmee u problemen hebt. Hierna biedt de wizard aan om het probleem automatisch te verhelpen. Regelmatig worden nieuwe probleemoplossers uitgebracht. Controleer of een vinkje staat naast De meest recente probleemoplossers downloaden van de Windows Online Troubleshooting Service.
22. Systeemherstelschijf
Start uw computer met Windows 7 niet meer op en weet u niet waardoor dit probleem wordt veroorzaakt? Een systeemherstelschijf kan uitkomst bieden. Met een systeemherstelschijf kunt u de computer starten in geval van problemen. De schijf bevat hulpprogramma's waarmee u de prestaties van de computer kunt controleren. Zo kan onder andere het RAM-geheugen worden gecontroleerd en systeemherstel worden gebruikt om een back-up terug te plaatsen zonder dat Windows hoeft te worden opgestart. U maakt de systeemherstelschijf zelf. Plaats een beschrijfbare cd of dvd in uw computer, open het menu Start en typ Systeemherstelschijf, gevolgd door een druk op Enter. Klik vervolgens op Schijf maken. Na afloop van dit proces unt u de schijf testen. Start de computer opnieuw, met de schijf er nog in, en druk op een toets wanneer hierom wordt gevraagd. De programma's zullen nu van de schijf worden geladen.
Maak een systeemherstelschijf voor noodsituaties.
Deel 4 - Hardwareproblemen verhelpen
23. RAM-perikelen
De werking van het RAM-geheugen is van grote invloed op het besturingssysteem. Zo kan de systeemstabiliteit er bijvoorbeeld onder lijden als uw computer van slecht werkgeheugen is voorzien. Problemen met het RAM-geheugen geven vaak irritante, vage klachten. Als u Windows XP gebruikt, kunt u met Windows Memory Diagnostic de werking van het geheugen testen. Dit programma kunt u gratis installeren en u vindt het via de website van Microsoft. Op deze site staat ook gedetailleerde informatie over de werking en over aanvullende schakelopties waarmee u de controle naar uw hand kunt zetten. Installeer het programma door te dubbelklikken op Mtinst.exe. Klik op Create Startup Disk en op Create om het programma op een lege diskette te plaatsen. In plaats hiervan kunt u de software ook op een cd installeren, door voor Save CD Image to Disk te kiezen. Is het programma eenmaal geïnstalleerd, dan start u de computer opnieuw op, maar nu met de schijf. De controle vindt plaats vóórdat het besturingssysteem wordt geladen.
24. Opnieuw opstarten
Bent u er wel klaar mee dat uw Windows XP-computer steeds automatisch opnieuw opstart als er een probleem optreedt? Niet zo vreemd, want hierdoor mist u vaak een melding of beschrijving van wat er écht mis is. Hoog tijd dus om het opnieuw opstarten van de computer uit te schakelen, zodat u rustig de tijd krijgt om het probleem te achterhalen. In Windows XP kiest u voor Start en klikt u met de rechtermuisknop op Deze computer. Kies vervolgens Eigenschappen. Klik op het tabblad Geavanceerd en daarna op de knop Instellingen (in het vak Opstart- en herstelinstellingen). Haal het vinkje weg bij de optie De computer automatisch opnieuw opstarten en klik achtereenvolgens tweemaal op OK. Vanaf nu wordt uw computer niet meer opnieuw opgestart bij problemen en kunt u eventuele foutmeldingen ongestoord lezen.
25. Mediaproblemen
DirectX wordt intensief door Windows gebruikt voor de onderdelen waar beeld en geluid bij koment kijken. Om de snelste prestaties te bereiken hebben de makers van Windows ervoor gekozen om bepaalde hardware direct aan te spreken, zonder tussenkomst van Windows. DirectX is hiervoor grotendeels verantwoordelijk. Hebt u problemen met uw videokaart of geluidskaart? Met het diagnostisch programma voor DirectX kunt u de prestaties van DirectX onder de loep nemen, zodat u kunt controleren of alles optimaal is ingesteld. Open het menu Start en typ Dxdiag in het vak Uitvoeren (voor Windows XP) of in het zoekvak (voor Windows Vista en Windows 7). Vervolgens worden de onderdelen gecontroleerd. Als er problemen zijn geconstateerd wordt daar melding van gemaakt, zodat u ze kunt verhelpen. Om de grafische instellingen handmatig te controleren (alleen in Windows XP), klikt u op het tabblad Beeldscherm op de knoppen DirectDraw testen en Direct3D testen. Muziekinstellingen controleert u via de knoppen DirectSound testen en DirectMusic testen (op het tabblad Geluid en Muziek). Zijn er onverhoopt problemen? Klik op het tabblad Meer Help. Hier vindt u waardevolle probleemoplossers.
26. Apparaatproblemen
Werkt een apparaat niet goed, dan kunt u Apparaatbeheer gebruiken om de fout te achterhalen. Open het menu Start, typ Apparaatbeheer in het zoekvak en druk op Enter. Er verschijnt nu een overzicht met alle hardware. Is er een probleem met een apparaat, dan is de bijbehorende sectie uitgeklapt en ziet u een pictogram met een uitroepteken. Dubbelklik op het betreffende apparaat om het eigenschappenvenster te openen. Op het tabblad Algemeen leest u bij Apparaatstatus wat er mis is met de hardware. Zijn de problemen opgetreden nadat u de driver van het apparaat hebt bijgewerkt? Klik op het tabblad Stuurprogramma. Hier vindt u de knop Vorig stuurprogramma. In de meeste gevallen maakt Windows een back-up van de oorspronkelijke driver, voordat u die bijwerkt naar een nieuwere versie. Voordeel hiervan is dat u op een later moment kunt terugkeren naar de oorspronkelijke versie.
Apparaatbeheer geeft informatie over niet functionerende hardware.
27. Communicatie XP - Vista
Als u zowel XP- als Vista-computers binnen uw thuisnetwerk hebt, is het niet vanzelfsprekend dat ze direct met elkaar kunnen communiceren. De praktijk wijst uit dat de machines elkaar soms niet kunnen 'zien', maar dit kunt u verhelpen. Allereerst zorgt u ervoor dat op alle computers (zowel die met Windows XP als die met Windows Vista) dezelfde werkgroepnaam wordt gebruikt. Bij Windows XP klikt u daartoe in het menu Start met de rechtermuisknop op Deze computer en kiest u voor Eigenschappen. In het vak Computernaam geeft u de juiste naam op. In Windows Vista klikt u in het menu Start met rechts op Computer en kiest u Eigenschappen. Klik op Instellingen wijzigen (u vindt deze optie rechts in het hoofdvenster), waarna u op het tabblad Computernaam op de knop Wijzigen klikt. Geef de gewenste naam op in het vak Lid van. Vervolgens controleert u van welk type netwerk de computer lid is. Open het menu Start, klik met rechts op Computer en kies Eigenschappen. Klik op de koppeling Aanpassen en kies voor Particulier (bij Type locatie). In het venster Netwerkcentrum zorgt u ervoor dat de optie Bestanden delen is ingeschakeld. Daarnaast moet de optie Netwerkdetectie zijn ingeschakeld. Tot slot controleert u de firewall. Deze moet zo zijn ingesteld dat hij intern netwerkverkeer toestaat.
28. Hulp van buitenaf (1)
Komt u er zelf niet uit? Windows beschikt over de optie Hulp op afstand. Hiermee kunt u iemand anders vragen om hulp bij de oplossing van het probleem, zonder dat die persoon fysiek achter de computer hoeft plaats te nemen. In Windows Vista kiest u voor kiest u Start, Windows hulp op afstand. In Windows 7 opent u het menu Start en typt u Hulp op afstand, gevolgd door een druk op Enter. In het geopende venster kiest u voor Een vertrouwd iemand uitnodigen om u te helpen (Windows Vista) of Een vertrouwd persoon uitnodigen om te helpen (Windows 7). Kies vervolgens om een uitnodiging per e-mail te versturen. De uitnodiging wordt als attachment verzonden. Daarnaast geeft u een wachtwoord op, dat u via een ander kanaal - bijvoorbeeld via MSN of per telefoon - aan uw helpende vriend op afstand doorgeeft.
Met Hulp op afstand roept u hulp van een bekende in.
29. Hulp van buitenaf (2)
Is de uitnodiging door de ander ontvangen en wordt deze geactiveerd, dan verschijnt uw Bureaublad op het scherm van de andere gebruiker. Tijdens het proces van de probleemoplossing kunt u met elkaar overleggen via een ingebouwd chatvenster. Daarnaast kunt u de besturing van de computer uit handen geven, zodat de hulp op afstand het probleem kan verhelpen. Het is ook mogelijk om een bestand te versturen naar zijn of haar computer. Klik op de knop Bestand verzenden. U kunt de sessie op elk gewenst moment pauzeren (klik op de knop Onderbreken) of afbreken (klik op de knop Delen beëindigen).